707 22 JUNI 1972 Hierna wordt de gewijzigde motie-Van Loon zonder hoofdelijke stemming aangenomen. De VOORZITTER: Ons rest nog de motie van de heer Crul. De motie luidt aldus: "De problemen met het betaalde voetbal met de voetbalvereniging N. A. C. zijn van structurele aard, die de burgers, het bedrijfsleven en andere maatschappelijke groeperingen in de gewesten West- en Midden Brabant aangaan. Het voorstel van het college, het initiatiefvoorstel van de V. V. D. en het voorstel van Van Loon zijn uiteraard nog niet voldoende om het betaalde voetbal in de toekomst te laten voortbe staan. Het voorstel van het college met het amendement-Van Loon is de eerste noodzakelijke stap op de weg naar het gezond maken van de sectie- betaald voetbal van N. A.C. Op die grond ondersteunt de raad dit voor stel. Teneinde een verantwoorde basis te leggen voor de toekomst van het betaalde voetbal te Breda besluit hij aan het voorstel van het college het volgende toe te voegen en ten uitvoer te leggen: a. de conclusies van het eindrapport van de studiecommissie Subsidië ring betaald voetbal te onderschrijven; b. een initiatiefgroep door de raad te benoemen die uiterlijk 1 januari 1973 voorstellen gaat doen om in samenwerking en met medewerking van burgerij, overheid, bedrijfsleven en andere maatschappelijke groeperingen in de gewesten Midden- en West-Brabant het betaald voetbal in Breda ten behoeve van streek en gewest in de eredivisie veilig te stellen" Het college raadt deze motie af. De heer QUADEKKER: Mag ik het college vragen een stemverklaring te geven voor dit afraden? Wethouder MANS: De verlangens en de wensen die geuit zijn in de motie van de heer Crul kunnen gehonoreerd worden via de aangeno men motie van de heer Van Loon. De heer VAN LOON: Mijns inziens is dat niet helemaal juist. De motie Crul spreekt namelijk duidelijk over het bedrijfsleven en de gewesten Midden- en West-Brabant. Wethouder MANS: Ik stelde dat die wensen gehonoreerd künnen worden. In feite is die motie niet gelijk aan hetgeen u gesteld heeft. De heer AMERICA: Dan zou het college ook met de motie mee kunnen gaan. De VOORZITTER: In het voorstel staat dat de raad een initiatief groep benoemt die met al de instituten, groeperingen e. d. onderhande lingen voert. Het college is bereid om de contacten naar bedrijfs leven, regio etc. te leggen. De wijze waarop dat dient te geschieden zal misschien in een andere vorm gerealiseerd moeten worden dan in die van een initiatiefgroep die door de raad benoemd wordt. De heer VAN LOON: De motie biedt voldoende ruimte om aan alle wensen en verlangens te voldoen. De heer MANS: Welke motie?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 707