26 JUNI 1972 724 te verstrekken aan de computer in Breda. Ik weet niet of die mogelijk heid inderdaad bestaat, maar misschien kunt u daar nog iets over zeg gen. De heer VAN OS: Het is bekend dat het ontwikkelen van program ma's en systemen nogal wat kosten meebrengt. Beide gemeenten hebben dergelijke werkzaamheden verricht en beschikken dus over een aanzien lijke "know-how". Bij de overgangsbepalingen mis ik echter informatie of deze "know-how" gratis wordt ingebracht. Ik neem namelijk aan dat die niet kan worden gebracht onder artikel 37, waar staat: "De inbreng van bestaande inrichting en apparatuur met toebehoren geschiedt tegen een overnameprijs welke wordt vastgesteld op basis van de historische kostprijs, verminderd met een overeen te komen afschrijving". Ik. zou graag willen weten of de regeling daarin voorziet, of dat dit door beide gemeenten geheel kosteloos wordt ingebracht. De heer CRUL: Ik heb de indruk dat het een beetje de weg op gaat dat, zoals ook bij de democratiseringscommissie het geval is ge weest, alles wat blijkbaar nogal moeilijk ligt wordt afgeschoven naar de commissie voor algemene zaken, Ik wil er toch wel voor waarschu wen dat wij dat niet opnieuw doen, omdat wij dan wederom snel aan opheffing toe zijn, U hebt gezegd dat wij de mogelijkheid hebben de verantwoording aan de raad te regelen. Ik meen dat wij er dan maar eens ernstig over moeten nadenken opdat wij, als straks het voorstel komt tot benoeming van de leden, die verantwoordingsplicht kunnen regelen. Ik zou willen voorstellen dat er in ieder geval pogingen in die richting ondernomen worden. Wat artikel 5 betreft meen ik dat niet de mogelijkheid aanwezig is - of er moet een amendement komen - niet raads-leden te benoemen. Ik zal graag vernemen hoe het college daar over denkt, want ik zou er toch wel voor voelen dat artikel 5 zodanig gewijzigd wordt dat zowel vertegenwoordigers uit de raad kunnen worden benoemd als deskundigen uit de burgerij. In de afdeling voor financiën is er al op gewezen dat het belangrijk is dat Breda ook op dit terrein door deskundigen vertegenwoor digd is. Op mijn vraag over artikel 3 lid 4 en 5 is geantwoord dat van geval tot geval zal moeten worden bekeken wie onder "de gemeente" moet worden verstaan. Ik ga er echter van uit dat waar hier "de gemeente" staat, de raad wordt bedoeld, anders kan ik daar geen beslissing over nemen. Ik ben namelijk van mening dat dit zo belangrijk is, zeker in bepaalde ge vallen als er informatie wordt verstrekt, dat de raad daarbij moet wor den ingeschakeld. U hebt daar niet volledig op kunnen antwoorden en dat kan ik mij ook wel voorstellen. Ik kan dan ook zeggen dat wij hier wel mee akkoord kunnen gaan, onder voorbehoud dat met "de gemeen te" de raad wordt bedoeld. Voor zover ik heb begrepen kan de samenvoeging van deze com putercentra vergeleken worden met. een goed huwelijk: wij hebben el kaar nodig en wij vullen elkaar aan. Het lijkt mij een betere vorm van samenwerking dan die tussen K„ V. P.A. R. P. en C, H. U.omdat daar in feite slechts sprake is van ondertrouw, mijns inziens is het zelfs niet meer dan een beetje vrijen. De VOORZITTER: U wilt wel van mij aannemen dat ik op het laatste niet kan ingaan. Ik kan namelijk niet beoordelen hoe het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 724