737 26 JUNI 1972 de aanhef namelijk had gestaan "tegen weigering van een bouw vergunning en verlening van een tweede bouwvergunning" zou dat niet juist zijn geweest, want het verlenen van bouwvergunningen behoort volgens de gemeentewet tot de competentie van het col lege van burgemeester en wethouders. Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 42.bijlage nr. 239 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET GARANDEREN VAN RENTE EN AFLOSSING VAN EEN LENING GROOT 1.500.000.--, TE VERSTREKKEN AAN DE PLEBAAN VAN DER MADENSTICHTING TEN BEHOEVE VAN DE BOUW VAN 29 BEJAARDENWONINGEN. De heer VAN OS: Ik ben voornemens tegen dit voorstel te stem men. Niet omdat ik met het voorstel op zichzelf zoveel moeite heb of omdat er iets mis zou zijn met dit voorstel, zodat de ga rantieverlening met op zijn plaats zou zijn, maar om te protes teren tegen de hele gang van zaken bij dergelijke bouw van be jaardenhuizen of de uitbreiding ervan. Zoals bekend hebben nogal wat burgers van deze stad erg veel moeite gedaan om deze zaak van alle kanten te bekijken, niet alleen vanuit hun eigen standpunt in verband met het belemmeren van uitzicht, maar ook door andere zaken aan te dragen die in ver band met de uitbreiding van dit bejaardencentrum van belang zijn. Daarbij is in iéder geval gebleken dat de gemeente op dit moment absoluut geen beleid voert op het gebied van de spreiding van be jaardencentra. Inmiddels is ons ter ore gekomen dat er wel een ambtelijke commissie is benoemd die deze bejaardenproblematiek gaat bekijken, maar het is ons bijvoorbeeld niet bekend wie in deze commissie zitting hebben, hoe zij zullen werken en wat in het al gemeen hun taak is. Dat is een punt dat naar aanleiding van deze kwestie op tafel is gekomen. De uitbreiding van een bejaardencentrum als dit is een volkomen autonome ontwikkeling, die is gesplitst in een aantal stappen waar tegen in feite geen verweer mogelijk is. Het is natuurlijk geen en kel probleem om een stuk grond waarop de bestemming "bijzondere bebouwing" rust te verkopen aan een stichting die bejaardencentra beheert. Daar kunnen wij geen bezwaar tegen maken. Vervolgens is het verlenen van een bouwvergunning aan een dergelijke stichting een zaak van het college, waarbij de raad niets, maar dan ook niets heeft in te brengen. Verder zal voor de verwezenlijking van de bouw het advies worden gevraagd van de welstandscommissie voordat de bouwvergunning wordt verleend en ook daarbij speelt de raad geen rol. Zo draait de zaak eigenlijk verder tot het moment dat de ge meente garantie moet verlenen voor een te sluiten lening. Ook daar kunnen wij op grond van de cijfers geen bezwaar tegen maken, al moet ik hier wel bij aantekenen dat de maximumprijs voor een be jaardenwoning als hier bedoeld 45.000,-- bedraagt en dat ik de indruk heb uit het rangschikken van de cijfers dat men wel heeft geprobeerd met enig kunst- en vliegwerk aan dit bedrag te komen, o.m. door een post van ruim 111.000,-- uit het totaalbedrag te halen en te brengen onder de uitbreiding van het dienstencentrum.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 737