741 26 JUNI 1972 en de kans krijgen om mee te denken en daaraan mede vorm te geven. Daarentegen is het enige wat wij nu kunnen doen hooguit "nee" zeggen tegen dit voorstel. In de derde plaats wordt in de inspraaknota van Oosterhout genoemd de instelling van een stede- bouwkundige adviesraad. Ter gelegenheid hiervan zou ik de be trokken wethouder graag willen vragen hoe het staat met die stede- bouwkundige adviesraad, omdat mogelijk ook langs die kant -- overigens heb ik er met zo erg veel vertrouwen in -- nieuwe impulsen zouden kunnen worden gegeven aan een tijdiger parti cipatie van de bevolking. In eerste instantie wil ik het bij deze opmerkingen laten, waar bij het duidelijk zal zijn dat ik tegen het voorstel zoals dat voor ons ligt toch wel ernstige "bezwaren heb. Mevrouw STOCKMANN-VAN DER KALLEN: Het lijkt wel of wij hier bezig zijn met de behandeling van een nota over het bejaarden beleid en nu heb ik geen bezwaar tegen een nota over het be jaardenbeleid, maai ik meen dat wij ons toch wel tot het onder werp moeten bepalen dat aan de orde is. De VOORZITTER: Dat is een zwakte van de voorzitter, mevrouw! Mevrouw STOCKMANN-VAN DER KALLEN: Ik zou er uitdrukkelijk op willen wijzen dat het hier gaat om een garantieverlening en het is gewoon een kwestie van goed bestuur dat, wanneer de raad zich akkoord heeft verklaard met de verkoop van de grond en bouw- en woningtoezicht hun fiat hebben gegeven, de raad dan ook akkoord gaat met de garantieverlening. Ik zou dan ook graag zien dat de discussie zich verder hiertoe bepaalt in plaats van dat wij door gaan met de behandeling van een beleidsnota over de bejaarden. Mejuffrouw PAULUSSEN: Het is juist om een goede beslissing te kunnen nemen dat verschillende sprekers, waar ik mij graag bij aansluit, hebben gevraagd om een bestudering van de totale problematiek van de bejaaraenhuisvesting en een integrale beleids advisering op korte termijn via de projectgroep bejaardenhuisvesting, waarover in de vergadering van de afdeling voor maatschappelijk werk van 24 april door de wethouder is meegedeeld dat de projectgroep al informeel aan het werk is. Wij vragen ons af of de projectgroep ook ten aanzien van deze zaak niet had moeten worden ingeschakeld. Tenslotte zou ik het college willen vragen welke mogelijkheden er zijn om dit voorstel aan te houden en wat daarvan de conse quenties zijn, opdat wij op korte termijn alsnog die beleidsadvi sering via de projectgroep kunnen krijgen. De heer KROON: Ik moet zeggen dat mijn oren er van turten, want ik begrijp er niet veel meer van. Mijns inziens is hier een heel eenvoudig voorstel aan de orde, dat voortvloeit uit bestuurs maatregelen die reeds zijn genomen, hoewel ik mij wel kan voorstel len dat diverse raadsleden dit voorstel aangrijpen om een hele be schouwing te houden over de situatie met betrekking tot de bejaar dentehuizen. Dat de heer Severens daarbij algemene beschouwingen gaat houden over democratisering enz. begrijp ik absoluut niet, want dat is er toch wel heel erg met de haren bijgesleept.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 741