799 8 AUGUSTUS 1972 Wethouder VAN GRAAFEILAND: Bij de aanvang van de tweede termijn is de door ons voorgestelde procedure in een kader geplaatst, namelijk dat de mening van de raad bij verdere uitwerking van de pro blematiek zal worden betrokken. Dat is ook de bedoeling van deze" vergadering. Dit houdt vanzelfsprekend ook in dat de opmerkingen die door de raad zijn gemaakt, zowel terzake van de nadere uitwer king van de voorstellen van de commissie-Van Loon als van het voor stel van de garanten, zullen worden betrokken bij de beraadslagingen en in het verdere overleg dat zal worden gevoerd, niet alleen over de gemeenschapsactiviteiten, maar ook over de samenstelling van het stichtingsbestuur, de prudentie waarmee de situatie van het personeel moet worden behandeld, de kwantitatieve bepaling van het bedrijfs fonds dat aan de orde is geweest en de eventuele controle op de finan ciële verslaglegging. Dit is uiteraard impliciet aan de opmerking waarmee de procedure werd aangekaart. De heer Van Caulil en anderen hebben gevraagd waarom met betrekking tot de inkoop van de aandelen van de Kamer van Koophan del en de liquidatie van de garantie reeds nu en zo snel wordt gehan deld, De heer Crul heeft daarover al zijn mening gegeven, een mening die ik geheel kan onderschrijven. Ik zou daar echter nog aan willen toevoegen dat een consistent betoog over het rapport van de commis sie ad hoe, dat leidt tot het onderschrijven van de aanbevelingen in dat rapport, zonder meer inhoudt dat men de aandelen van de Kamer van Koophandel moet overnemen en dat de garanties moeten worden geliquideerd, Wat dat betreft vraag ik mij af welke problemen de raadsleden hebben die -= ook die constatering hebben wij gedaan de aanbevelingen in het rapport in het algemeen onderschrijven. De heer VAN CAULIL: Het gaat om het tijdstip waarop! Wethouder VAN GRAAFEILAND: Wij hebben geconstateerd dat er een grote mate van overeenstemming is over de aanbevelingen van de commissie en derhalve lijkt ook het tijdstip nabij dat tot het inko- en van de aandelen en het liquideren van de garanties kan worden esloten. De heer VAN BANNING: Waar staat dat? Dat staat nergens in het rapport! De heer KROON: Op blz, 38! Wethouder VAN GRAAFEILAND: Een enkele opmerking nog met betrekking tot datgene wat door mevrouw Van Nes is gezegd over een aandeelhouderscommissie. Ik heb begrepen dat zij het preadvies dat door ons terzake is uitgebracht en dat is aangehouden hier niet in be spreking wenst te brengen. Dat zou ook niet kunnen, want dat zou bui ten de orde zijn, In datzelfde kader heeft zij een motie ingediend om een commissie ex artikel 62 lid 2 in het leven te roepen, die met na me tot taak zou moeten krijgen de in de raad aangenomen conclusies in het rapport en andere door de raad gedane aanbevelingen verder te begeleiden, het uitbrengen van adviezen aan de raad omtrent de voor stellen van het college en het geven van informatie en het uitbrengen van adviezen aan het college en de raad over algemene beleidszaken aangaande het Turfschip,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 799