823
17 AUGUSTUS 1972
in haar geheel zeer. Dit is Breda-promotion in negatieve zin, Een dui
delijk beleid ten aanzien van het projecteren van Denzineverkooppunten,
mede gebaseerd op de mening van de bewoners is zo langzamerhand wel
noodzakelijk. Dat duidelijke beleid spreekt niet uit het antwoord. Laten
wij vooral lering uit het verleden trekken.
Wethoud.r VAN DUN: Ik krijg de indruk dat de feitelijke gang
van zaken in een merkwaardige context terechtgekomen is. Ik zal hier
over duidelijkheid verschaffen, nadat ik mevrouw van Nes, die stelde dat zij
niet veel wijzer geworden was van het antwoord van de wethouder, heb
gezegd dat dit ook positief uitgelegd kan worden. Het schriftelijk ant
woord op de vragen van mejuffr. "^aulussen is voldoende geweest.
Ik wil deze zaak graag tot haar normale proporties terugbrengen.
De zakelijke transactie heb ik uiteengezet. Het raadsbesluit van 14 ja
nuari 1971 lag om verkeerstechnische redenen wat moeilijk. In 1972
heeft de raaa willens en wetens en goed geïnformeerd een besluit geno
men. Het is niet juist als de heer America zegt dat er nergens naar ver
wezen wordt, In het raadsbesluit van maart 1972 wordt namelijk verwe
zen naar de ter inzage liggende tekening, waarop met duidelijke letters
aangegeven staat dat er speelwerktuigen verplaatst zullen worden. Hier
is toch een uitdrukkelijke relatie?
De heer AMERICA: Er is niet gebleken dat het ging om een stuk
van de speeltuin, wat er toch bij had moeten staan. Er wordt inderdaad
verwezen naar een tekening, maar men zal zich kunnen voorstellen dat
er meer mensen belangstelling zullen hebben als het gaat om een speel
tuin dan als het gaat om een technische voorziening in het kader van
openbare werken.
Wethouder VAN DUN: Ik blijf van mening dat door het verwijzen
naar en het ter inzage leggen van een tekening, waarop staat dat er speel
werktuigen verplaatst worden met name voor de raadsleden en in het bij
zonder voor de leden van de raadsafdeling voor openbare werken genoeg
zaam informatie wordt verschaft.
Ik vind het merkwaardig dat men laat doorschemeren dat men
een conflictsituatie c, q. een verkeerde manier van adviseren of infor
meren ziet tussen de directeur van openbare werken en de dienst van
jeugd en sport. Ik wil de brieven voorlezen, opdat men weet waarover
het gaat. Bij openbare werken kwam een nieuwe situatie, waardoor een
speeltuin voor 4% in het ongerede dreigde te raken, reden waarom de
directeur van openbare werken per brief van 1 september aan de heer
Christiaanse schreef: "Hierbij doe ik u twee exemplaren van de tekening
nr. 43. 836 toekomen. Op deze tekening is met een rode kleur het ge
deelte van de speeltuin Edisonstraat aangegeven, dat tengevolge van
een op handen zijnde grondverkoop aan het automobielbedrijf Leendert
Vriens N. V. bij de openbare weg dient te worden gevoegd voor de op
richting van een benzireverkooppunt. Als gevolg van deze wijziging
zullen enige speelwerktuigen moeten worden verplaatst. Een en ander
kan door en voor rekening van mijn dienst worden verzorgd. Naar aan
leiding van het bovenstaande verzoek ik mij uw wensen zo spoedig mo
gelijk kenbaar te maken".
De heer Christiaanse schrijft op 4 oktober 1971 terug: "Naar aan
leiding van uw brief d.d. 1 september deel ik u het volgende mede. Ik
heb geen bezwaar tegen grondverkoop aan de Nieuwe Kadijk, mits aan de
volgende wensen kan worden voldaan: