17 AUGUSTUS 1972
project. Als er in de loop der jaren kritiek groeit is dat begrijpelijk, maar
begrij pelijk is het ook dat het project met direct stil gelegd wordt bij de
eerste kritiek die ontstaat.
De heer Kroon vroeg waarom het zo lang moest duren vooraleer het
voorstel waarover wij nu praten in de raad verschijnt, terwijl het college in
staat was in april 1971 een stuk te proclameren dat zeer veel leek op het hui
dige en in feite alleen maar wat minder dik aangekleed was. Hij sprak over
anderhalf jaar, het gaat echter om één jaar en drie maanden, overigens ook
een lange tijd. Het lijkt op een flauw smoesje, maar het is de realiteit als
ik zeg dat dit alleen te wijten is aan overbelasting en ziekte bij het gedeel
te van het ambtelijk apparaat aan wiens boezem dit stuk mede ontsproten is.
Ik hoop hiermede verklaard te hebben waarom dit stuk zolang op zich heeft
laten wachten.
Het civic centre-plan had een bepaalde filosofie, gestoeld op uitgangs
punten die, als wii de zaak reëel bekijken, voor een groot gedeelte aan het
plan zijn komen te ontvallen. Ik noem bijv. het stadhuis, zoals dat toen met
de burgerzaal overlopend in de stadsschouwburg geprojecteerd werd. Dat zou
veel geld kosten. Ik neem aan dat dit, gehoord wat er in de raad gezegd is,
niet meer de woonruimte voor raad, college en ambtenaren is die wij in 1972
mogen verwachten. Hetzelfde geldt voor de stadsschouwburg. Wij hebben mijns
inziens geen behoefte meer aan die stadsschouwburg. Ook de volume-uitbreiding
van de Beyerd is discutabel, temeer omdat in de uitbreiding ruimte was voorzien
voor de V. V.V.die inmiddels elders in Breda is gehuisvest. Huisvesting voor
de bibliotheek in de uitgebreide Beyerd - de raad heeft daarvoor eens een krediet
gevoteerd - was evenmin mogelijk.
De ene spreker zegt dat het beter ten halve gekeerd is dan ten hele ge
dwaald, een volgende kwalificeert ons plan als een teken van oprechtheid en
moed en mijns inziens is het een kwestie van zakelijkheid terug te keren op
onze schreden om opnieuw te bezien wat nodig is als de uitgangspunten niet
meer kloppen, De consequenties van deze gedachtengang komen neer op het
afrekenen met het civic centre, dit ook financieel, en hebben geleid tot het
grootste gedeelte van het voorstel dat de raad nu wordt aangeboden. Ik verwijs
de heer Severens ten aanzien van de nog te betalen architectenhonoraria naar
pagina 6. Op de helft van deze pagina zijn daaraan enkele regels gewijd. Er
moet worden afgerekend met de architecten, een aantal raadsbesluiten moet
worden teruggedraaid en de gegroeide situatie moet opnieuw worden bezien.
Hoe is de situatie als wij afrekenen met het Civic centre? De vraag
kan rijzen of een aantal in het Civic centre begrepen culturele accommodaties
op korte, middellange of lange termijn alsnog gestalte dient te krijgen. Hier
bij denk ik aan de stadsschouwburg, de bibliotheek, de muziekschool en de
uitbreiding van de Beyerd. Tegelijk geloof ik dat het een lang proces is te
bezien op welke manier, in welke mate en op welk terrein die gerealiseerd
moeten worden. Het is een goede zaak dat vanuit de afdeling voor culturele
zaken, samen met de desbetreffende ambtenaren, de burgerij en de geïnte
resseerden naar aanleiding van het te verwachten rapport van de Beyerd-com-
missie geopereerd wordt naar een cultuurvisie die inhaakt op datgene wat no
dig is. Hoewel wij hier alleen praten over de huisvesting van het gemeentelijk
apparaat mogen wij niet vergeten dat ook dit blijft.
Een zakelijk punt is dat er een leeg terrein komt. In het vigerende be
stemmingsplan is het terrein Beyerd/Vlaszak bestemd voor het Civic centre
plan. Dat plan gaat niet door en het terrein komt derhalve leeg. Dat moet
bezien worden. Dit terrein dient ingepast te worden in het reeds aanwezige areaal.
Er dienen op dat terrein functies te komen, die uit het binnenstadsonderzoek dui
delijk zullen worden. Wij gaan op korte termijn de rapporten die de raadsleden al
voor de vakantie in hun bezit hadden bepraten. Uit die bespreking zal naar voren