836
17 AUGUSTUS 1972,
genoemd worden.
De suggestie is gedaan via een projectontwikkelaar een gebouw te la
ten neerzetten, met de verplichting het een aantal jaren te huren. Een moei
lijkheid is dat de provinciale overheid met zoiets niet op voorhand akkoord
gaat. Ook een nieuwbouw in eigen beheer is mogelijk, met de financiële
perikelen van dien.
Tot de taak van de commissie behoort ook het bezien van de oude
plannen, zoals de Civic centre-plannen, formuleringen van uitgangspunten,
organisatieonderzoeken e, d. Wij moeten niet de illusie hebben dat deze za
ken bijzonder bruikbaar zijn, maar de suggestie uit de raad deze zaken niet
bij voorbaat te verwerpen, doch ze in de studie mee te nemen is terecht.
De gedachten die reeds lange tijd leven in het gemeentelijk apparaat kunnen
voorts bij de studie betrokken worden. Voorts zou de commissie* de mogelijk
heid van een uitbreiding van het stadhuis aan de Annastraat in de richting van
de Catharinastraat en de Veemarktstraat, in de achterpanden die al voor een
groot gedeelte eigendom zijn van de gemeente, kunnen bekijken. Hiermee
wordt niet alleen voldaan aan de woorden van de 'heer Kroon, namelijk de
versteviging van de Boschstraatfunctie, vanwege de mogelijke doortrek tot
aan de Boschstraat, maar blijft ook het gemeentehuis op de Markt gehandhaafd
en behoudt de Markt haar bestuursfunctie.
Ik wil even ingaan op een aantal zaken dat ik in dit betoog niet verwerkt
heb. De heer Spanjer krijgt gelijk als hij om alternatieven vraagt. Men kan van
een oplossing niet stellen dat het de enige mogelijke is. De raad en de burgerij
moeten straks kunnen beschikken over het inventarisatierapport van de behoefte,
dat de mogelijkheden aangeeft, alsmede de alternatieven die van toepassing
zijn. Natuurlijk moeten wij ook rekening houden met de budgetaire mogelijk
heden en niet verder springen dan onze polsstok lang is.
De inspraak van de burgerij hangt samen met de taakstelling van de
commissie en de raadsleden die in de commissie zitting hebben, zeker de-
eerste tijd, In de raadsafdelmg voor openbare werken heb ik dit misschien
wat erg zwart-w.it gesteld, maar vooralsnog praten de raadsleden in de aan
vang als medebewoners van de gebouwen die wij straks nodig hebben. Dit is
onlosmakelijk verbonden met de politieke verantwoordelijkheid voor de bur
gerij, die straks, wanneer er alternatieven gepresenteerd worden en als er ge
praat moet worden over de functie van het stadhuis in de stad waarin vrij leven
op een andere manier nadruk zal krijgen. De raad, de burgerij representerend
zal zich daarover moeter. uitspreken.
De heer Severens heeft gezegd dat er rekening gehouden moet worden
met de inbouw van de regionale functie. Ik geloof dat dit een terechte constaterin
is. Nu de regio meer gestalte gaat krijgen en zich voorziet van een apparaat, nu
voorts de wenselijkheid van het vestigen van het bestuurscentrum van de regio in
Breda naar voren is gekomen, zal de commissie contact moeten hebben met het
dagelijks bestuur van de regio om met hem te bezien of een combinatie van
huisvestingsmogelijkheden relevant is.
De heer Kroon heeft een vraag gesteld die mij persoonlijk ook intrigeert,
namelijk: "wat gaat er gebeuren met het oude stadhuis?" Ik heb al gezegd dat
er een alternatief is dat allang in het ambtelijk apparaat leeft, dat in die huis
vesting voorziet. Wij moeten heel voorzichtig zijn in het veranderen van de
functie van het oude stadhuis aan de Grote Markt, Deze stelling stelt eisen ten
aanzien van hetgeen zich in het verdere gebeuren zal ontwikkelen. De com
missie zal daar rekening mee moeten houden. Zij moet zoeken naar een plaats
waar hetgeen gerealiseerd moet worden zich kan voltrekken.
De heer Van Merkom vroeg of de notulen van de vergaderingen ter be
schikking van de raad worden gesteld. Deze vraag moet beoordeeld worden
door de commissie zelf. Zij zal zich erover moeten uitspreken. Zij zal ter
dege rekening moeten houden met de wensen die er zijn met betrekking tot