855
17 AUGUSTUS 1972
De heer SEVERENS: Ik wil nog graag een korte opmerking maken.
In de eerste plaats ben ik u erkentelijk voor het feit dat u duidelijk hebt
uitgesproken dat alle mogelijke relevante informatie niet alleen in grote
re mate ter visie zal komen te liggen, maar waarschijnlijk ook zal kunnen
worden toegezonden.
De visie ten aanzien van de eerste regio houdt het uitbouwen van de
regio in en daarna pas het zich geheel wijden aan het gewest. Ik vraag
mij af wat in dat geval de slagingskansen van de regio zijn. Het is duide
lijk dat de provincie en ook een aantal samenwerkende gemeenten van de
aangestelde regio denken aan een overdracht van de bestuurlijke bevoegd
heden. Wanneer de regio werkelijk moet kunnen functioneren, is het naar
mijn mening een noodzakelijke voorwaarde dat men bereid is een aantal
noodzakelijke bevoegdheden over te dragen. Wanneer wij wachten tot die
mentaliteit voorhanden is, zal in verband met enkele grote zaken, die zich
reeds nu presenteren, bijvoorbeeld de voor- en nadelen van een eventueel
tweede vliegveld, veel werk moeten worden verzet. Mijn vraag is of over
deze onderwerpen, die tegelijkertijd moeten worden aangepakt, geen zake
lijk overleg mogelijk is.
Naar mijn mening wacht een aantal mensen te lang op de wettelijke
regeling. Insiders spreken de verwachting uit dat dit nog vier tot vijf jaar
kan duren. Wanneer wij moeten wachten tot deze zaak van bovenaf door
het rijk geregeld wordt, zal een aantal belangrijke zaken naast het vlieg
veld ook niet tot ontwikkeling komen; ik denk hierbij met narre aan ont
wikkelingen met betrekking tot de Moerdijk. Moeten wij denken in de
richting van een regio Bergen op Zoom-Roosendaal-Breda, of moeten wij
ons aansluiten bij de Randstad? Zal dit systematisch worden opgevangen?
Wordt er touw getrokken tussen Breda en het nieuwe gewest dat waarschijn
lijk deze maand zal worden gevormd? Dit soort ontwikkelingen kunnen wor
den voorkomen. Dit kan echter onmogelijk, zelfs op korte termijn, vanuit
de regio geschieden. Daarvoor zal een duidelijker orgaan dan het huidige
contactorgaan nodig zijn. Naar mijn mening liggen aie initiatieven op de
weg van de regio Breda, die tot nu toe ree'el is aangemerkt als hoofd
centrum om mede vorm te geven aan deze ontwikkelingen.
De VOORZITTER: Dames en heren. Ik wil nog enkele opmerkingen
maken, in de eerste plaats over de initiatieven van Breda wat betreft de
gewestvorming en ook wat betreft het aan de orde stellen van zaken die
ook op gewestelijk niveau aan de orde moeten worden gesteld.
Aan het adres van mevrouw van Nes zou ik willen zeggen dat van
uit Breda, en ik meen te weten dat dit ook vanuit de regio geschiedt,
alle zaken in West-Brabant die gewestelijk behandeld kunnen worden, ook
gewestelijk worden behandeld. Hiervoor zijn ook verschillende bewijzen
aan te voeren. Het initiatief, hoe vrijblijvend ook, voor het contact
orgaan is toch gekomen van de zijde van het "Bredase". Nu zijn zeer
regelmatig onderwerpen aan de orde die wij met grote kracht juist op dat
West-Brabants niveau in bespreking pogen te brengen. Dit geschiedt ook
volgende week weer.
U kent het initiatief van burgemeester en wethouders van Breda met
betrekking tot de tweede nationale luchthaven. U moet weten dat dit vraag
stuk in het kader van de werkgelegenheid, een vraagstuk dat nu ook weer
in sterke mate aan de orde kan komen, door ons op gewestelijk niveau
is getild.
Ik zou de heer Severens willen zeggen dat ook dezerzijds zowel aan
het één als aan het ander wordt gewerkt. Ik meen dat het bewijs, hoe klein
ook, zojuist met deze voorbeelden is geleverd. Vanuit de gemeente Breda