ONTWERP 8 SEPTEMBER 1972 (extra vergadering) AAN DE ORDE: De voorgenomen bedrijfssluiting van ENKA-Breda. Aanwezig- MEVR. W. J2GER-MIDDELBEEK, MEVR. IR. E. M. VAN NES-BRANDS, MEVR. J. A.W. VAN ROOIJ-VAN DEN HEUVEL, MEVR. O. M. C. STOCKMANN-VAN DER KALLEN, MEVR. D. H.J. WILLEMS-VAN DOORN en de heren DRS. P. L. E. AMERICA, L. A.M. VAN BANNING, H. BIEMANS, H. BROEDERS, J. L. G. BROOIMANS, P.J. VAN CAULIL, C.J. CRUL, D. J. D. DEES, J.P.A. VAN DUN, C.A. VAN DUIJL, J. G.W. GEENE, G. H. J. GIELEN, J. P. M. GOOS, J. A. VAN GRAAFEILAND, A.M. JANSEN, P.M.J.F.X. KOERTS- HUIS, A. KROON, DRS. J. H. H. MANS, A. C. W. M. MENSEN, L. Ph. VAN OS, MR. L. M. VAN OVERVELDT, J. H. M. QUADEKKER, A.H.W.M. DE RAAFF, JHR. R. G. P. SANDBERG, JHR. DRS. F.A. VON SCHMID, DRS. J. H. SEVERENS, A. SPANJER en J. P. W. A. A. M. TAKS. Afwezig met kennisgeving: MEJ. M.L. A. PAULUSSEN en de heren F. P.M. FROGER, A. B. KRAMER, A.W. VAN LOON, IR. H.J. VAN MERKOM en G.A. ROOZEBOOM. Voorzitter-, de heer IR. W. J. L. J. MERKX. Secretaris: de heer DR. J.P.A. VAN DEN DAM. De VOORZITTER opent de vergadering en spreekt het gebed uit waarvan de tekst is opgenomen in artikel 10 van het reglement van orde voor de vergaderingen van de gemeenteraad. De VOORZITTER: Er is een zestal berichten van verhindering binnengekomen, te weten van de heer Roozeboom, de heer Froger, de heer Kramer, de heer van Merkom en de heer van Loon, terwijl de heer Brooimans heeft laten weten dat hij heel laat of niet zal komen. U bent voor deze vergadering uitgenodigd naar aanleiding van een verzoek dat is ingediend ex artikel 46 van de gemeentewet. Het verzoek, dat door vele raadsleden is ondertekend is de raad toe gezonden. Voorts is de raad een brief d. d. 4 september van de voorzitter van de plaatselijke centrale van het Nederlands Katholiek Vakverbond toegezonden, terwijl men woensdag van het college een stuk gekregen heeft dat handelt over de voorgenomen bedrijfs sluiting van ENKA, waarom in het verzoek tot het houden van deze raadsvergadering was verzocht. Ik neem aan dat de leden van de raad voorts in kennis gesteld zijn van een stuk dat door de heer Crul namens de P. A. K.-fractie ingediend is. De heer Crul is zo vriendelijk geweest daarin een motie aan te kondigen. Ik neem aan dat de raad op de hoogte is van de inhoud van die motie. Namens het college zal deze aangelegenheid behandeld wor den door de wethouders van Graafeiland en de Raaff.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 868a