8 SEPTEMBER 1972 874 dat het gemeentebestuur van Breda vanuit zijn verantwoordelijkheid de sluiting van ENKA onaanvaardbaar vindt. Tevens zal medegedeeld moeten worden dat het in het algemeen belang is als de overheid haar invloed doet gelden en steun verleent, zowel bij deze AKZO- zaak als in het kader van de totale werkgelegenheid in Breda. De VOORZITTER: De heer Crul heeft een door acht leden van deze raad ondertekende motie ingediend, die als volgt luidt. "De voorgenomen bedrijfssluiting van de ENKA Breda en de to tale werkgelegenheid in Breda en de regio zijn voor de raad van de gemeente Breda gezien haar verantwoordelijkheid voor het welzijn van de burgers een punt van voortdurende zorg. De raad van Breda constateert over deze aangelegenheid het volgende: a. De voorgenomen bedrijfssluiting grijpt diep in op het welzijn van de betrokkenen. b. Het structuurplan van de raad van bestuur van de ENKA wordt o. a. op grond van haar eenzijdige economische benadering afgewezen door de vakbeweging en de centrale ondernemings raad van de ENKA. c. Het rapport van de externe deskundigen en het rapport van de centrale ondernemingsraad geven alternatieve mogelijkheden aan, die sociaal gezien betere mogelijkheden bieden en eco- nomisch aanvaardbaar zijn. d. De voorgenomen bedrijfssluiting van de ENKA Breda heeft onaanvaardbare gevolgen voor de werknemers van ENKA, hun huisgenoten en de burgerij van Breda. e. De sociale dienstverlening heeft behoefte aan coördinatie. f. De werkgelegenheid in Breda en de regio is zowel qua aan tal als sociale gevolgen thans en door de mogelijke ontwik kelingen in de toekomst zorgwekkend. Gezien de vorenstaande constatering besluit de gemeenteraad van Breda: a. Het structuurplan van de raad van bestuur van ENKA -- voor al op sociale en menselijke gronden -- onaanvaardbaar te achten. b. De aanbevelingen te ondersteunen voor een diepgaand onder zoek van alternatieve mogelijkheden, waarbij alle aspecten opnieuw dienen te worden gewogen, die door de commissie van externe deskundigen in haar rapport worden aanbevolen. c. De centrale overheid als haar standpunt mede te delen, dat het uit een oogpunt van algemeen belang noodzakelijk is, dat de regering deelneemt aan het verdere onderzoek in de ENKA zaak overheidssteun voor het behoud van de vol ledige werkgelegenheid moet daarbij tot de mogelijkheden behoren --. d. Maatregelen te nemen voor een coördinatie van de sociale dienstverlening. e. Dringend steun te vragen aan de regering voor het oplossen van de prcnblemen inzake de werkgelegenheid in Breda en de regio.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 874