14 SEPTEMBER 1972 916 Mevrouw jager heeft haar betoog geplaatst m het kader van de jeugd- tandverzorging en heeft gezegd dat er wel wat meer mededelingen in het raadsvoorstel hadden kunnen worden opgenomen,, Ik ben dat eigen lijk wel met haar eens. Een aantal vragen zou dan zeker voorkomen zijn en voor de raadsleden zou het gemakkelijker geweest zijn om tot een besluitvorming te komen. De heer Kramer heeft gesteld dat de subsidie als een stimulerings subsidie bedoeld was. Ik geloof dar dat inderdaad zo is, hoewel de sub sidie in de beginperiode van de schoolmelkvoorziening toch werd gezien als een bijdrage voor de minder-draagkrachtigen en dus als een bijdrage in de voeding. De heer Kramer heeft verder nog zijn angst uitgesproken voor een eventuele geringere deelname. Ik hoop mét de heer Kramer dat het wegvallen van deze geringe gemeentelijke subsidie de hooiden van de deelnemende scholen geen aanleiding zal geven om met de schoolmelk voorziening te stoppen. De heer AMERICA: Ik vind het jammer dat de wethouder niet heeft kunnen toezeggen samen met de wethouder van onderwijs te zullen zoe ken naar middelen die kunnen stimuleren dat de kinderen gedurende de 3-| uur dat zij 's morgens op school verblijven de een of andere vorm van verantwoord voedsel gebruiken. Ik begrijp ook het advies van de G. G, G, D, niet goed, maar mogelijk is er slechts een gedeelte van het advies weergegeven. Ik moet aannemen dat de school- en tandartsen zich ten aanzien van het preventieve werk niet tot een getheoretiseer zullen beperken en dat zij zullen zoeken naar een concrete, practische uitvoering, Ik begrijp dan niet dat zij kunnen adviseren om die kinderen uur op een droogje te laten zitten; mijns inziens is dat gewoon onverantwoord en zal een en ander stimulerend werken op het meenemen van snoepgoed door de kinderen. Men is toch van oordeel dat snoepgoed slecht is voor de tanden en men wil toch preventief werken? Men zal dan toch alle middelen moeten aangrijpen om hieraan daadwerkelijk iets te doen? Waarom kan de wethouder nu niet toezeggen dat hij met de hoofden van scholen zal gaan praten? Hij kan dan verklaren waarom de subsi die wordt ingetrokken, wat de bedoeling van de subsidie was en welke bedoeling er achter de schoolmelkvoorziening zit. Hij zou er dan op kunnen wijzen dat de schoolmelkvoorziening belangrijk is en dat het zo jammer is dat slechts 3000 van de in aanmerking komende 37, 000 leerlingen van deze voorziening gebruik maken. Moet de frites-boer dan nog meer aan de leerlingen verdienen9 Is het dan nodig dat iedere dag patates-frites gegeten wordt? Is dat in het belang van de volksgezondheid? Ik vind het bijzonder jammer dat de wethouder zich niet bereid heeft willen verklaren om te zoeken naar een stuk concretisering van het preventieve werk dat in theorie zo mooi naar voren gebracht kan wor den. Ik vind het ook jammer dat het schoolmelkcomité totaal vergeten is, Is dat comité soms overleden? Waarom is het comité, als het nog bestaat, bij de beslissing niet betrokken? Het intrekken van de subsidie mag dan op het totaal van de begroting misschien een kleine beslissing betekenen, het zou toch correct geweest zijn als er een overleg had plaatsgehad. De heer Kramer heeft mijns inziens terecht over het psy chologisch effect gesproken. Dat effect kan worden voorkomen als de kwestie van het intrekken van de subsidie aangegrepen wordt om de betrokkenen ervan te overtuigen dat het gewenst is dat de kinderen tij dens de ochtendschooluren enige vorm van verantwoord voedsel tot zich kunnen nemen. Mevrouw WILLEMS-VAN DOORN: De wethouder heeft ons nu wat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 916