26 SEPTEMBER 1972 972 personeelsleden de gelegenheid krijgen in dienst van de nieuwe ex ploitant te treden. Dat zal misschien niet steeds in dezelfde functie mogelijk zijn. Een vergoeding van de redelijke kosten voor een even tuele om- of bijscholing zal dan ook in een regeling moeten worden opgenomen. Eenzelfde regeling zou dienen te worden getroffen voor personeel dat bereid is een functie bij de gemeente of bij de garanten te aan vaarden. Wij leggen er de nadruk op dat naar onze mening juist aan deze aspecten van een regeling grote aandacht dient te worden besteed. Met betrekking tot de uiteindelijke regeling kan thans nog geen beslis sing worden genomen. Wij geloven dat het juist is als hierover eerst met de personeelsleden zelf en de vakbonden wordt gepraat. De re sultaten van dit overleg willen wij graag tijdig vernemen. Het is ons niet bekend wat het college van burgemeester en wethouders onder een redelijke regeling verstaat. Wij zijn van mening dat de belangen van het personeel in ieder geval op sociaal-verantwoorde wijze dienen te worden geregeld, hetgeen naar onze mening ook inhoudt dat bin nen een algemene regeling plaats moet zijn voor individuele toepas sing. Dat betekent eveneens dat behalve aan de financiële ook aan de menselijke aspecten aandacht dient te worden besteed. Onze verlangens ter zake hebben wij nader uitgewerkt in een motie, die ik u straks zal voorlezen. Commissie Binnen een korte spanne tijds zal veel werk moeten worden verzet. Wij menen dat het goed zou zijn als met betrekking tot de verdere uitwerking en afwikkeling van een aantal zaken een intensiever overleg tussen het college en de raad zou plaatsvinden. Wij zijn van mening dat het belangrijk zou zijn als in de komende maanden een kleine commissie uit de raad mede de voorbereiding van een aantal door de raad alsnog te nemen besluiten zou kunnen begeleiden. Ik wil het college dan ook verzoeken de instelling van een dergelijke commissie ad hoe en de benoeming van haar leden nog in deze ver gadering te bevorderen. De conclusies van mijn betoog heb ik neergelegd in een drietal mo ties, waarvan ik de zakelijke inhoud thans zal voorlezen. Deze mo ties zijn mede-ondertekend door de V. V. D. en de protestant-christe lijke fractie. MOTIE De gemeenteraad van Breda op DINSDAG 26 SEPTEMBER 1972 in vergadering bijeen kennisgenomen hebbende "van het preadvies van het College van Burgemeester en Wethouders met betrekking tot het voorstel van de Turfschipgaranten gehoord de discussies met betrekking tot dit preadvies spreekt uit van gevoelen te zijn dat: 1. de laatste zin van het gestelde onder 3.2.2. sub a van het preadvies dient te vervallen, opdat benoeming van 3 leden van het bestuur van de Stichting zonder specifieke deskundigheid mogelijk wordt. 2. dat in de statuten van de Stichting een regeling terzake het staken van stemmen wordt opgenomen. 3. de looptijd van de overeenkomst tussen de gemeente en de Stichting en uiteraard ook die tussen de stichting en de pachter in ieder ge val na 15 jaar eindigt. 4. in de overeenkomst tussen gemeente en stichting moet worden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 972