973 26 SEPTEMBER 1972 opgenomen dat de overeenkomst tussen de Stichting en de pachter en de statuten van. en de wijzigingen in de Stichtingsakte door het College van Burgemeester en Wethouders vooraf dienen te worden goedgekeurd. 5. nadere bepalingen worden opgenomen voor de schriftelijke toestem ming voor het uitvoeren en de eigendomsoverdracht van interieur - aanpassingen en dat duidelijke afspraken worden gemaakt en vast gelegd over de inventarisatie en de vervanging van de aanwezige en de aanschaf en de eigendom van nieuwe inventaris. 6. met de Stichting wordt overeengekomen dat de exploitatie in ieder geval gedurende de gehele looptijd van de overeenkomst wordt voort gezet. 7. het jaarlijks door de Stichting in het bedrijfsfonds te storten bedrag en het na het bereiken van het plafond van het bedrijfsfonds aan de gemeente uit te keren bedrag nader en concreter dient te worden bepaald en omschreven. 8. dat de pachtsom dient te bestaan uit een vast basisbedrag, geïndexeerd op basis van prijsindexcijfers voor gezinsconsumpties, vermeerderd met een bijdrage op basis van exploitatie-opbrengsten. 9. gedurende de periode dat het bedrijfsfonds wordt opgebouwd aan de gemeente de volgende huur wordt betaald: het le jaar 10% van de bruto pachtsom het 2e jaar 15% van de bruto pachtsom het 3e jaar 20% van de bruto pachtsom het 4e en volgende jaren 25% van de bruto pachtsom 10. over de congresdienst, voordat een besluit terzake mogelijk is, eerst volledige informatie dient te worden verstrekt. 11. een kleine commissie uit de Raad dient te worden ingesteld, welke commissie met betrekking tot voorbereiding, de uitwerking en de afwikkeling van een aantal zaken het overleg tussen Uw College en de Raad onderhoudt. Gaat over tot de orde van de dag De motie is ondertekend door: mevr. Stockmann-van der Kallen, de heren Kroon, Caulil, Dees en van Loon. MOTIE De gemeenteraad van BREDA. op dinsdag 26 september 1972 in vergadering bijeen kennisgenomen hebbende van het preadvies van het College van Burgemeester en Wethouders met betrekking tot het voorstel van de Turfschipgaranten gehoord de discussies met betrekking tot dit preadvies en meer speciaal over de verpachting van het complex, spreekt uit: dat: in de horeca-sector van het Turfschip - en dit in de ruimste zin - geen concurrentievervalsing zal mogen plaatsvinden. dat: ingeval uit de georganiseerde horeca-sector een serieuze klacht wordt ingebracht, hierover zonodig het advies van een terzake

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 973