1010 19 NOVEMBER 1973 Oranjelaan. Overigens weten wij niet hoe groot dat terrein is. Wij zouden dat terrein kunnen gebruiken voor de vestiging van het winterverblijf van het circus, wij zijn namelijk al lang op zoek naar een mogelijkheid voor dat verblijf, dat nu aan de Moleneindstraat ligt. Er zouden voor dat terrein nog andere moge lijkheden gevonden kunnen worden om een wat gedifferentieerder wijk te verkrijgen. Nu gaat het om de concrete vraag of deze mogelijkheden realiseerbaar zijn en hoe er in het college over dergelijke aangelegenheden wordt gedacht. Wij zouden op die vragen graag een antwoord krijgen. Wethouder VAN DUN: Op de vraag van de heer van Caulil kan ik antwoorden dat dit bestemmingsplan twee maal in de com missie voor ruimtelijke ordening is behandeld, de eerste keer toen het concept-plan in discussie was en bij die gelegenheid hebben wij er in de commissie uitgebreid over gesproken. Het plan kwam dan ook met het consent van de commissie in het vooroverleg met de PPC. De tweede maal kwam het plan in de commissie bij de voorbehandeling van het onderhavige raadsvoorstel. Beide malen heeft de commissie positief geadviseerd. De concrete vraag van de heer van Caulil heeft betrekking op de hoogbouw. Het gaat hier om een duidelijk element in de wijk, dat in de buurt van het viaduct komt te staan aan de westzijde van de Willem van Oranje laan. Met "aangepaste hoogbouw" bedoelen wij hoogbouw die over eenstemt met de situering van de wijk en die daarin niet diver- eert. De verkeersveiligheid speelt een ondergeschikte rol omdat et gebouw aan de westzijde van de Willem van Oranjelaan komt. Toch kan het gebouw daar functioneel werken. Er zijn al eerder plannen voor een dergelijke flat geweest en het gebouw dat de heer van Caulil op het oog heeft is bedoeld voor alleenstaanden. Oor spronkelijk was op die plaats de vrijgezellenflat van Van der We gen gepland, die nu in de Hoge Vucht op de hoek van de Lely- straat wordt gebouwd. Om de gedachten te bepalen kan ik mee delen dat het de bedoeling is op het terrein aan de Willem van Oranjelaan eenzelfde gebouw te realiseren. Ik heb het wat moeilijk met de opmerkingen van de heer Crul die partijpolitiek en ruimtelijke ordening een beetje door elkaar schijnt te halen. Hij verwijt de K. V. P. dat de verstoring door een flat in Ruitersbos anders wordt benaderd dan in de Hoge Vucht. Ik onttrek mij aan die opmerking van de heer Crul en bovendien zou ik kunnen opmerken. De heer CRUL: Is de wethouder geen lid van de K. V. P. De VOORZITTER: Hij is wethouder van de gemeente Breda. Dat komt op het ogenblik op de eerste plaats. Wethouder VAN DUN: Bijna op diezelfde eerste plaats ben ik ook lid van de K. V. P. Als de heer Crul het antwoord afwacht kan hij adequater reageren. Ik neem namelijk aan dat de opmerking die hij heeft geplaatst nauwelijks serieus gemeend kan zijn. Als de heer Crul praat over een welzijnsbeperkend beleid dat door het college in het kader van het Ruitersbosplan wordt gevoerd, als hij praat over gedifferentieerde bebouwing in die wijk, vind ik het reëel dat hij zich, waar hij zich als raadslid in ieder geval voor

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 1010