104 18 JANUARI 1973 RONDVRAAG. De heer BIEMANS: Als men via de autoweg van Gorkum komt ziet men tijdig aanduidingen "Breda-Noord". Als men verder rijdt komt men enkele aanwijzingen "Breda-centrum" tegen en deze aan wijzingen zijn volkomen juist. In Breda-West staan aanduidingen "Breda-Noord", maar ik vraag mij af waarom nergens verwijzingen "Breda-West" zijn geplaatst. Er zijn daar enkele redelijk goede toe gangswegen tot Breda^ Ik weet dat het college hieraan waarschijnlijk zelf niets kan doen, maar ik vraag mij toch af waarom een verwijzing naar Breda-West niet op de borden is opgenomen. Ik wil u verzoeken na te gaan of het mogelijk is aanduidingen naar Breda-West op de borden op te nemen. De heer KROON: Ik heb in de afdeling en ook vanavond gestemd tegen het handhaven van de rondvraag, maar ik moet u nu toch zeggen dat ik blij ben dat de rondvraag nog bestaat. De rondvraag geeft mij de gelegenheid een vraag te stellen naar aanleiding van agendapunt 5. Ik kwam na de pauze te laat binnen om er iets over te zeggen toen dit punt aan de orde was. De opmerkingen die u bij agendapunt 5 heeft gemaakt, geven mij de indruk dat er bij het Industrie- en Havenschap Moerdijk op wat onzorgvuldige wijze te werk is gegaan bij het opstellen van de begroting. Ik zou u willen vragen of dit schap beschikt over voldoen de en voldoende geschoold personeel, Is men voldoende geëquipeerd om de grote vraagstukken te behandelen? De begroting geeft mij de indruk dat er in de financiële sector zeer onzorgvuldig is gehandeld. Mevrouw VAN NES-BRANDS; Op zaterdag 13 januari 1973 werd in het kinder-televisieprogramma aandacht gevraagd voor de activitei ten van de pressiegroep Stop Kindermoord. Deze pressiegroep tracht de aandacht te richten op de gevaren die de kinderen dagelijks lopen in het verkeer. De pressiegroep geeft bovendien de middelen aan waardoor het gevaar zou kunnen worden verminderd. De bedoeling van de groep is dat in de komende week op de scholen aandacht wordt geschonken aan deze problemen; voorgesteld wordt een kinderverkeersweek te hou den. De kinderen kunnen op school door middel van tekeningen, colla ges en dergelijke hun situatie in het verkeer uitbeelden en die produc ten ter kennis van het gemeentebestuur en andere instanties brengen. Het is mij niet bekend hoeveel scholen in Breda aan deze belang rijke activiteit mee zullen doen, maar ik wil toch hierover een vraag stellen. Indien door kinderen materiaal met betrekking tot de verkeers onveiligheid aan de gemeente wordt gezonden, is het college dan be reid daaraan ruime aandacht en bekendheid te schenken bij voorbeeld door inschakeling van het gemeentelijk voorlichtingscentrum? Mevrouw PAULUSSEN: Het voorstel van burgemeester en wethou ders tot opheffing van de Stichting Medische Sportkeuring is aangehou den tot de volgende vergadering. Dit is gebeurd op verzoek van de raads- afdeling voor sociale zaken. Er blijken veel onduidelijkheden en commu nicatiestoornissen rond de medische sportkeuring te bestaan met betrek king tot de financiering en de organisatie. Volgens informaties uit de sportverenigingen zijn door deze onduidelijkheden en communicatie stoornissen moeilijkheden ontstaan. Als gevolg van deze moeilijkheden is de medische sportkeuring ernstig gestagneerd. Bij één van de grote

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 104