1077 13 DECEMBER 1973 op dit ogenblik had ik toch wel verwacht dat die impasse was doorbroken. Wethouder VAN DUN; Die is ook doorbroken. Destijds zouden wij als ik het mij goed herinner de mogelijkheden onderzoeken en thans hebben wij deze onderzocht en een besluit genomen. Ik heb gezegd wel ke categorieën in aanmerking komen maar ik kan niet aanduiden hoe veel en welke functionarissen dit betreft, aangezien het genomen be sluit op het ogenblik in zoverre wordt geëffectueerd dat men in contact is met de hoofden van diverse diensten teneinde via hen te achterhalen welke functionarissen binnen de bestaande kaders in staat en bereid zijn in dit project te functioneren. De heer Spanjer heeft naar ik meen de indruk gegeven dat hij zich in grote lijnen akkoord verklaart met een aantal punten in de no ta, Zijn grote kritiek richt zich erop dat wij ons naar zijn mening niet kunnen bezighouden met de schadelijke gevolgen van de milieuvervui ling in haar geheel. In het begin van mijn betoog heb ik er naar ik meen op gewezen dat wij deze nota moeten blijven zien in de context van het gemeentelijk kunnen functioneren. Mevrouw Paulussen van dezelfde fractie daarentegen vindt de no ta beneden de maat. Zij is van mening dat het stuk een wijdere strek king pretendeert te hebben dan een louter informatieve. Ook deze op vatting meen ik rechtgezet te hebben door het citeren van de op één na laatste zin van het preadvies waarin met zoveel woorden staat dat wij informatieve bedoelingen hebben. Ik heb begrepen dat mevrouw Paulussen van mening is dat in de nota een aanduiding ontbreekt van de fundamentele oorzaken van de milieuvervuiling. Misschien verval ik te veel in herhalingen maar ook hier wil ik er met klem op aandringen dat wij ons bezighouden met wat wij in de Bredase situatie met Bredase maatregelen kunnen doen. Als wij ons bezighouden met fundamentele oorzaken van de milieuvervui ling, kunnen wij op grote schaal denken en dan zullen de opvattingen via de landspolitieke kanalen moeten worden ingebracht. Als wij ons bezighouden met de fundamentele problemen in de Bredase situatie, moeten wij ons naar de mening van het college richten op onze eigen mentaliteit. Mevrouw Paulussen heeft enkele voorbeelden genoemd, onder an dere dat men, als men een bos wil behouden, te maken krijgt met het vervoersprobleem, Haars inziens is het misschien wel mooi zich te rich ten op de eigen mentaliteit, maar wordt het milieu bepaald door een kleine bovenlaag. Zij heeft zich afgevraagd welke krachten vervuilen en naar haar mening doet alleen de industrie dat. Hoe terecht het ook is dat mevrouw Paulussen deze opmerkingen heeft gemaakt, ik ben van mening dat daarop niet moet worden ingegaan door deze wethouder van dit college in deze stad naar aanleiding van de thans besproken maat regelen. Onzerzijds kan op de opmerkingen van mevrouw Paulussen niet worden gerepliceerd. Wij hebben een hinderwet, wij hebben allerlei vormen van wetgeving, wij hebben een algemene politieverordening en wij hebben gelukkig onszelf. De opbouwraad Breda-Noord heeft blijkbaar moeilijkheden met de containers en de plastic zakken. Naar mijn mening hoort dit punt thuis in de portefeuille van mijn collega Van Graafeiland. Mevrouw Van Nes heeft erop gewezen dat in de pers de kritiek is uitgeoefend dat de commissie openbare werken weinig aandacht aan de milieunota heeft geschonken. Haar conclusie is dat er in de commissie dan waarschijnlijk geen deskundigen zitting hebben, aangezien vanavond andere raadsleden dan leden van de commissie openbare werken het woord hebben gevoerd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 1077