1085 13 DECEMBER 1973 ven dat wordt vastgelegd dat deze zo weinig mogelijk milieubelastend dienen te zijn. Ook de vuilstortplaatsen waarover de heer Geene een vraag heeft gesteld behoren tot de portefeuille van de heer Van Graafeiland. De heer Geene heeft voorts gesproken over de zorg die de regio zou moe ten hebben voor de kleinere gemeenten waar men moeite zou hebben met de hinderwetinspectie. Dit onderwerp hoort mijns inziens in de al gemene vergadering van de regioraad thuis, hoewel het geen kwaad kan dat hierover in de raad van de grootste gemeente van de regio eens een keer opmerkingen zijn gemaakt. Mevrouw Paulussen heeft gezegd dat het merkwaardig is dat de wethouder de nota informatief heeft genoemd maar toch akkoord gaat met de basisfilosofie die de heer Dees heeft geëtaleerd. Ik vang me vrouw Paulussen niet op woorden maar ik geloof dat ook een basisfilo sofie informatief kan zijn. Zo is de filosofie in de nota dan ook bedoeld. Wanneer wordt geconstateerd dat mevrouw Paulussen van een andere maatschappij-opvatting blijk geeft dan het college en vooral deze wet houder, komt deze constatering uiteraard voor rekening van degene die haar heeft uitgesproken. Ik ben niet van plan het college voor te stel len de nota terug te nemen en haar nader uit te werken. Mijns inziens is het juist de bedoeling de raad te vragen zich naar de strekking te ver enigen met de informatieve uitgangspunten en de informatie van de no ta, waarna het college een en ander gaat uitwerken en op concrete pun ten zal terugkomen. Mevrouw Van Nes heeft gezegd te hopen dat wij in de toekomst duidelijker en anders dan in de nota wordt geëtaleerd rekening houden met milieu-aangelegenheden. Ik geloof dat wij dat voortdurend probe ren te doen, maar ik wijs er nogmaals op dat het milieu, hoewel het overal verband mee houdt en uitstijgt boven de concrete problemen van alledag, niet te allen tijde prevaleert boven elk ander belang waarmee wij in de raad of in de praktijk van het dagelijks werk te maken krijgen. "Houd de stad schoon" is een uitspraak die wellicht boven en onder de nota mag staan. Ik geloof dat mevrouw Van Nes deze uitspraak terecht heeft onderstreept en dat het de bedoeling van de nota is te streven naar een schone stad. De schoonheid van onze stad koppel ik aan een ande re uitspraak van mevrouw Van Nes, namelijk dat wij een politieke koers kunnen blijven varen. Ik hoop met mevrouw Van Nes dat wij dat in het bekende schone water in Breda zullen kunnen blijven doen. De heer America heeft gezegd dat wethouders te veel over hon denpoep praten en te weinig over hoge flats. Naar mijn mening is het nu niet het aangewezen ogenblik om daarover te discussiëren. Zoals de heer America weet, heeft het college een preadvies in voorbereiding, mede naar aanleiding van de door hem ingediende motie. Op 31 janua ri zullen wij elkaar terug kunnen vinden bij enkele aanzetten van de kant van het college, zodat wij naast over hondenpoep ook over belang rijke onderwerpen als flatbouw in Breda en in Breda-Noord kunnen dis cussiëren. Wethouder VAN GRAAFEILAND: De gedachte is geopperd dat men door het plaatsen van grote containers illegale vuilstortplaatsen legaal zou kunnen maken, maar dit lijkt mij, hoe goed het idee ook is bedoeld, niet verstandig. Overigens wordt clandestien gestort vuil steeds op ver schillende plaatsen aangetroffen, zodat men niet van tevoren weet waar men de containers zou moeten neerzetten. Op zichzelf is het al een goede maatregel dat grofvuil gratis wordt opgehaald. De mogelijkheid daartoe werkt zeer preventief met betrek-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 1085