1099 13 DECEMBER 1973 Wethouder VAN DUN; Ik heb gezegd dat de directeur openbare werken aan het college heeft toegezegd en dat het college aan de com missie openbare werken uit de raad heeft toegezegd dat er een geschied schrijving van deze flatgebouwen gemaakt zal worden die betrekking zal hebben op de totstandkoming van de bouw en op de financiële con sequenties van aanslagen op onderhouds- en risicofondsen. Ik heb er geen enkel bezwaar tegen de suggestie van de heer America te volgen en via contacten van de dienst openbare werken met andere gemeenten een be schouwing over andere gemeenten waar dezelfde flatgebouwen zijn ge bouwd bij een en ander op te nemen. Als de dienst openbare werken toezicht heeft gehouden, is het -- hierin volg ik de heer Von Schmid -- verder een kwestie van vertrouwen. Nu kom ik op een moeilijk punt.: mevrouw Van Nes heeft gezegd dat het haar doel is de bewoners aan betere huisvesting te helpen en de heer Ame rica heeft gezegd dat de bewoners goed in deze flatgebouwen moeten wonen. Het gevraagde onderzoek heeft daar echter niets mee te maken. Bij een dergelijk onderzoek gaan wij alleen maar zoeken naar eventuele vermeende verantwoordelijkheden waarmee het eventueel fout is gegaan. Op het ogenblik moeten wij daarentegen zaken doen met de constate ring van de dienst openbare werken dat de flatgebouwen zijn tegengeval len, zoals ik ook de vorige maal in de raad heb gezegd en zoals men ook van de directeur openbare werken heeft kunnen horen. Onze taak is primair te constateren wat er aan de hand is en de raad voorstellen te doen tot besluiten waardoor het wonen in deze flatgebouwen zo adequaat mogelijk gemaakt wordt. Als wij de relatie leggen tussen die doelstel ling en deze voorstellen, bevinden wij ons naar mijn mening op het goe de pad. Het college heeft geen enkele behoefte aan een onpartijdig onder zoek. Ik heb slechts behoefte aan een bouwkundige situatietekening van deze flatgebouwen waarop met voorstellen gereageerd kan worden. Overi gens moeten wij constateren dat de onderhavige flatgebouwen niet de enige bouwwerken in de gemeente zijn waarmee iets aan de hand is. Waar gewerkt wordt worden fouten gemaakt en op andere plaatsen in Breda kun nen projecten worden aangeduid waar eveneens aanmerkingen op kunnen worden gemaakt. Niet voor niets heeft het college dan ook verleden jaar aan de raad de preventieve onderhoudsnota ten bedrage van 6 mil joen gepresenteerd. Zoals men weet zijn wij in 627 woningen bezig. Ook voor de onderhavige woningen zal hetgeen ontbreekt aan een nor maal woongenot door middel van kredietvotering van de raad worden aangevuld zoals de raad wenst. Ik neem aan dat beschouwingen over het reglement en over de wijkverwarming niet tot mijn portefeuille behoren. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten overeenkoms tig het voorstel van burgemeester en wethouders. 33. bijlage nr. 379. NADER VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS IN ZAKE DE OVERDRACHT IN EIGENDOM VAN COMPLEXEN WO NINGWETWONINGEN C. A. AAN DE WONINGBOUWVERENIGING "SINT LAURENTIUS" ALHIER. De VOORZITTER: In dit voorstel zijn later in een nadere bijlage verbeteringen aangebracht op blz. 5 en 8 en in voorwaarde 14. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt be sloten overeenkomstig dit voorstel.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 1099