147 15 FEBRUARI 1972 Wethouder DE RAAFF: Mevrouw Paulussen vraagt of de sportvereni gingen ook bij dat gesprek kunnen worden uitgenodigd* Ik heb al tegen collega Mans gezegd dat ik persoonlijk de sportverenigingen niet zal uitnodigen. De sportstichting is immers het overlegorgaan van de sport verenigingen. Mevrouw PAULUSSEN: Ik heb al een maand geleden gevraagd hier aandacht aan te besteden; de tijdfactor kan dan ook geen rol meer spelen, als dit de volgende maand nog niet gebeurd is. Wethouder DE RAAFF; Het is voor mij een vraag of een verzoek van mevrouw Paulussen een opdracht aan het college is. De VOORZITTER: Nee, dat is niet zo. Maakt u zich daar geen zorgen over,' Mevrouw PAULUSSEN: Maar ik heb nog geen antwoord gekregen* De VOORZITTER; U moet wel een antwoord hebben; dat is juist. Maar wij zijn het er snel over eens dat niet ieder verzoek een opdracht is. De heer De Raaff heeft geli jk. Wethouder DE RAAFF: Ik heb al gezegd dat ik met mijn collega Mans zal overleggen hoe wij dat met de sportstichting en de sportvereni gingen spelen. Als dat mogelijk is heb ik er geen moeite mee*. De heer America koppelt zijn besluitvorming aan de informatie die verstrekt is. Enerzijds geloof ik dat wel, maar anderzijds, als er een vergissing begaan wordt, is dat toch duidelijk. Ik heb nog nooit meege maakt dat iemand instemde met het betalen van een hoger tarief, of met het verlagen van een subsidiebedrag. Dat doet altijd pijn. Hoogstens legt men zich daar bij neer. Dat men daarmee akkoord gaat, heb ik nog nooit meegemaakt. Dit neemt ni^t weg dat wij bij de bestudering van alternatieve mogelijkheden ook di/ punt in overweging zullen nemen. De heer Kramer heeft gezegd dat het nog een vraag is of dat wel kan. Anderzijds kan ik toch niet nalaten om te wijzen op hetgeen wij nu eigenlijk bespreken. In de afdelingep hebben wij onder anderen over de periodiciteit van de keuringen gesproken,'Daarbij is gebleken dat het op jongere leeftijd niet bij de ouderen'- gaat om één keuring in de vijf jaar, aannemend dat de kinderen op leerplichtige leeftijd door de schoolarts gekeurd worden. Het gaat dus in feite om één keuring in de vijf jaar voor volgens ons voorstel 13,75 en daar krijgt men dus een prima keuring voor.' Als wij nu zo*n hoge waarde aan welzijn en aan gezondheid hechten, vraag ik mij wel af of wij geen f 13,75 - dat staat gelijk aan de kosten van zeven pakjes sigaretten - in de vijf jaar over kunnen hebben voor die ene keuring. Het door de heer Ame rica naar voren gebrachte facet van de werkende jongeren heeft ons ertoe doen besluiten de zaak nog eens te bekijken. De heer Koertshuis zegt dat de sportstichting het er niet mee eens is en dat er hevig tegen is geageerd. Ik heb er wel iets van gehoord maar dit gaat mij toch te ver. Ik weet niet beter of een arts heeft er eens iets van gezegd. Het zal altijd wel zo blijven dat er mensen zijn die ergens tegen zijn. Ik heb wel een brief van de stichting medische sportkeuring waarin staat dat zij ermee akkoord gaat. De sportstichting zelf gaat er ook mee akkoord. Ik .kan mij best voorstellen dat er nog iemand te vinden is die er niet mee akkoord gaat, maar dat neemt niet

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 147