23 4 JANUARI 1973 aan wie men geen werk kan aanbieden. Dat zou een sociaal volstrekt onverantwoorde situatie zijn. Hei zou ook onverantwoord zijn ten op zichte van het huidige gemeentepersoneel. Daarnaast speelt de vraag, wie dat gaat betalen. Deze eis is destijds door de vakbeweging als niet aanvaardbaar van de hand gewezen. Dit hebt u ook kunnen lezen in het overleg. De heer Van Duijl heeft een vraag gesteld omtrent de indienst treding bij de exploitant. Ie antwoord daarop kan ik meedelen dat het frequente overleg, dat heeft plaatsgevonden'tussen mij en de heer Van den Boer, heeft geleid tot het overnemen van elf personen. De heer Van den Boer heeft zich zeer loyaal opgesteld ten opzichte van de moeilij ke gevallen. Ik meen dat ik alle opmerkingen rond het personeel heb behandeld. Ik wil nu ingaan op de vragen, die gesteld zijn rond de financiën. Door de heer Crul is één opmerking gemaakt, die eigenlijk thuishoort bij bij lage 4. Ik kan nu reeds zeggen dat ik niet op de hoogte ben van de hui dige stand van de algemene reserve. Toen wij de voorstellen "in elkaar timmerden" was er in de algemene reserve voldoende ruimte om deze klap eens te kunnen opvangen» Ik meen overigens dat de stand van de algemene reserve na deze uitgave tot vrijwel nihil is gedaald. De heer Kroon heeft gelijk als hij opmerkt dat met dit voorstel de financiële betrokkenheid van de gemeente bij het fungeren van Het Turfschip wordt gelimiteerd» Dat is één van de belangrijkste achtergron den. Ik meen dat dit een rode draad is, die door het gehele voorstel loopt. De heer Van Banning heeft nog een opmerking gemaakt rond de situatie van de achterborgen» ik moet u eerlijk zeggen dat ik mij zijn opmerking aantrek, omdat hij gelijk heeft. Ik heb voor mijzelf de over tuiging dat het te wijten is aan de gemeentelijke nalatigheid, dat er tot op dit moment nog erg weinig is gedaan aan de vorderingen op de achter borgen. Ik heb hier vóör mij de brief liggen, die aan de borgen voor de gemeente uitgaat. Dat zal morgen gebeuren. Naar mijn mening is het verstandig in maart, als wij terugkomen op de exploitatie 1972, tevens uit de doeken te doen op welke wijze deze aanmaning van de zijde van de gemeente in de richting van de borgen uitwerking heeft gehad» De VOORZITTER: Ik stel u voor nu te pauzeren. Ik schors de ver gadering (20. 50 uur). De VOORZITTER: Ik heropen de geschorste vergadering (21.10 uur). De heer SEVERENS: Ik wil nog enkele opmerkingen maken naar aanleiding van de punten, die genoemd zijn in verband met de gemeen schapsactiviteiten. De wethouder heeft gezegd dat niet hard te maken valt wat niet hard is» Ik kan mij dat van deze wethouder goed voorstel len, temeer omdat het voorstel, dat nu voorligt, duidelijk geconcipieerd is vanuit een commerciële, functionele benadering» Als zodanig zou ik het dan ook een knap voorstel willen noemen. Toen Het Turfschip in grote moeilijkheden kwam, is de burgerij ook langzamerhand betrokken geraakt bij de functie, het gebruik en de exploitatie van Het Turfschip, In de discussies, die naar mijn oordeel heel indringend door de culturele raad aan de orde zijn gesteld, is in toenemende mate door vrijwel alle fracties gesteld dat een verruiming en een verbreding van de gemeen schapsactiviteiten za.1 moeten plaatsvinden» Naar ik meen is er bij het college meer reserve aanwezig; duidelijk is echter door alle raadsfrac ties gesteld dat zij voor Het Turfschip verliezen over zouden hebben,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 23