256 26 FEBRUARI 1973 Er zullen grote stukken worden gesloopt van de omgeving Leu venaarstraat/Middellaan. O. m. zal binnenkort een groot deel van de Nieuwe Huizen worden afgebroken en dat is dan weer een voorbeeld van iets waarover misverstanden kunnen ontstaan. Ik zou er dan ook de aandacht op willen vestigen het het conform de besluiten van de raad is dat daar een hele straat tegen de grond gaat. Men kan dat betreuren en het geeft het oorlogsachtige karakter van dat deel van Breda een nog schrijnender aanblik, maar wij hebben daar nu een maal in de raad toe besloten en dan moet dat besluit mijns inziens ook worden uitgevoerd. Anders ligt het met de panden aan de Pasbaan/Kloosterlaan. Ook dat gebied is ooit voorbestemd geweest om te worden gesloopt. In tussen zijn al die woningen weer bewoond. Het is niet onwaarschijn lijk dat dit deel van het sloopprogramma verband houdt met de nieuwe plannen van de Bijenkorf. Ik zou graag van de wethouder vernemen of dit inderdaad het geval is en zo ja, of het opportuun is daar nu al toe te besluiten. Wethouder VAN DUN: Ik heb drie opmerkingen. De heer Brooi- mans haalt de boodschap aan en zegt dat wij moeten waken over het woningbezit. Ik meen dat uit de handelwijze van de raad en het college de laatste jaren wel is gebleken dat wij dat graag wil len doen. Dit doet niets af aan het feit dat de raad en het college op een gegeven moment voor de beslissing kunnen komen te staan dat, zoals mevrouw van Nes zegt, in het kader van nieuwe bestem mingsplannen en nieuwe bestemmingen tot sloop moet worden over gegaan. Ik neem de boodschap en ae onderstreping daarvan door de heer Brooimans en de K. V. P.-fractie gaarne ter harte; ik geloof dat wij dan duidelijk weten waar wij aan toe zijn. Mevrouw van Nes heeft mij met haar woorden bijzonder veel ple zier gedaan. Terwijl zij zelf al constateert dat het woord "slopen" in Breda, zoals in elke stad in Nederland, op het ogenblik een wat geladen karakter heeft, is het toch plezierig dat op een bepaald moment de raad en het college gezamenlijk kunnen besluiten om in het kader van de reeds gememoreerde bestemmingen en bestem mingsplannen tot slopen over te gaan. Zij heeft verder concreet gevraagd naar de sloop van een rij woningen in de Nieuwe Huizen. Deze kwestie is uitgebreid in de raadsafdeling voor openbare werken aan de orde geweest. Het slopen van de woningen aan de Pasbaan, waarover zij heeft gesproken, hangt niet direct samen met de realisering van een superstore door de Bijenkorf in Breda, maar met het bestemmingsplan Binnenstad-Noord oost. Dit is inderdaad op het programma gezet in verband met even tualiteiten in samenhang met het realiseren van een superstore, maar het is niet waar dat wij nu al tot sloop overgaan. Het college is namelijk van mening dat tussen de realisatie van eventuele bestem mingen en het slopen een zo dicht mogelijke concentratie moet be staan. Wij willen niet te vroeg slopen, om achteraf geconfronteerd te worden met zaken die wellicht niet haalbaar of niet realiseerbaar blijken te zijn. Dit houdt dus in dat er niet zal worden gesloopt in de Pasbaan wanneer er geen zicht is op een nieuwe situatie. Ik hoop dat ik mevrouw van Nes hiermee gerust heb gesteld. Mevrouw VAN NES-BRANDS: In de eerste plaats wil ik even mijn mening over het sloopprogramma verduidelijken. Ik heb niet gezegd

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 256