15 MAART 1973.
276
ging enigszins worden verlicht. Voor zover ons bekend wordt per jaar
in ongeveer honderd gevallen een doorstromingspremie uitgekeerd. Dat
kost de gemeente ongeveer 50. 000, Volgens onze berekening zal
het ons nu, ten gevolge van de nieuwe regeling van het rijk, 25. 000, -
minder gaan kosten. Er komt derhalve 25. 000, -- vrij.
Enige maanden geleden hebben wij gesproken over het verlenen van
een bijdrage in de inrichtingskosten bij renovaties, enz. De fracties van
D'66 en het P. A. K. hadden voorgesteld die bijdrage te verhogen. Om
budgettaire redenen was dat naar de mening van het college niet moge
lijk. Er is wel een motie naar "Den Haag" gestuurd met het verzoek de
bijdrage op 2. 000, -- te stellen, zoals ook in Amsterdam en Rotter
dam het geval is. De raad onderschreef onze mening dat die bijdrage
in feite te laag was. Wij hebben het college gevraagd of via een kriti
sche beschouwing van de begrotingscijfers wellicht wat ruimte gevonden
zou kunnen worden, teneinde de bijdrage in de inrichtingskosten te kun
nen verhogen. Nu zal, zoals ik al heb gezegd, dank zij een verhoogde
bijdrage van het rijk in de doorstromingsregeling een bedrag van onge
veer 25. 000, -- vrijkomen. Daarnaast hebben wij de indruk dat de
bedragen die wij in de begroting hebben goedgekeurd ten behoeve van
de doorstromings premie niet helemaal opgemaakt zullen worden. Op
grond van deze twee overwegingen willen wij thans nogmaals aan de
wethouder vragen of het mogelijk is de bijdrage in de inrichtingskos
ten opnieuw te bezien.
De heer VAN OS: Ik wil het verzoek van de heer Crul graag on
dersteunen.
De heer GIELEN: Ook onze fractie gaat graag akkoord met het voor
stel van het college. Ik wil een enkele opmerking maken over de door
stroming naar de regio toe. Het komt meermalen voor dat mensen uit
de stad Breda verhuizen naar de regio en naar randgemeenten. Is het
mogelijk dat iemand die kans ziet een woning te betrekken in de regio
in aanmerking komt voor een doorstromingspremie?
De heer VAN DUN: De doorstromingsregeling is in haar toepassing
beperkt tot de gemeente Breda. Reeds meermalen zijn bij het college
verzoeken gedeponeerd om de doorstromingsregeling van toepassing te
verklaren in een ruimer verband. Dat is de reden geweest waarom het
dagelijks bestuur van de regio het initiatief heeft genomen om een in
ventarisatie op te stellen van de doorstromingsregelingen die gelden
binnen de 16 gemeenten van de regio, teneinde op die manier wellicht
te komen tot een basis van wederkerigheid in de gehele regeling» Wan
neer de gemeente Breda binnen de regio eenzijdig het initiatief zou ne
men om de doorstromingsregeling buiten de gemeente toe te passen,
zou dat geen effect sorteren. Alleen op basis van wederkerigheid kan er
iets positiefs tot stand komen. Het is plezierig dat het dagelijks be
stuur van de regio Breda hiertoe het initiatief heeft genomen. Op dit
moment valt er niets verstandigs over te zeggen.
De heer Crul heeft enkele interessante opmerkingen gemaakt, maar
ik geloof dat hij één belangrijk facet over het hoofd ziet, en wel dat
het hier gaat om een rijksregeling. De heren Crul en Van Os dienen
zich te realiseren dat wij in 1971 al, zonder dat het rijk zijn maxima
verhoogd had, eenzijdig de vergoedingen terzake van de doorstrominas-
regeling verhoogd hebben. Op dit moment, nu de rijksregeling veran
derd is, wordt het Bredase standpunt als het ware achterhaald in de ver
goedingen die van het rijk verkregen worden. In de praktijk betekent
