288
15 MAART 1973.
verder niet. De schijn wordt gewekt alsof u het tegenovergestelde wilt
beweren.' De bezwaren worden niet gemotiveerd, zo deelt het college
ten slotte nog mee, zodat wij op dit schrijven niet nader behoeven in
te gaan. Nou, gemakkelijker kan het niet.'
Als ik artikel 12, punt 8, van de verordening lees, komt bij mij
de gedachte op dat de taxichauffeurs beter allemaal agent van politie
kunnen zijn.' "De vergunninghouder is verplicht", zo staat er, "voor el
ke in zijn bedrijf gebezigde taxi door de commissaris van politie ge
waarmerkte rittenstaten te doen bijhouden. In de rittenstaten moet ver
meld worden: a. naam en adres van de vergunninghouder; b. het num
mer, waaronder de betreffende taxi is ingeschreven in het register, be
doeld in artikel 48 der wet; c. de datum, waarop de staat betrekking
heeft; d. de naam van de dienstdoende chauffeur; e. begin- en eind
stand van elke diensttijd; f. de tijdstippen van begin en einde van el
ke rit; g. begin- en eindpunt van elke rit; h. de kilometerstand bij
aanvang en einde van elke rit; i. het voor elke rit in rekening gebrach
te bedrag; de tijdstippen van begin en einde van de rusttijden van de
chauffeur, dan wel de mededeling, dat geen rusttijd in acht werd ge
nomen" enz.enz. U hebt maar één ding vergeten: twee pasfoto's van
de passagier en zijn vingerafdrukken.'
Onder deze voorwaarden kan ik beslist niet met dit voorstel ak
koord gaan.
De heer VAN DUN: Tot de heer Sandberg wil ik allereerst zeggen
dat ik inderdaad griep heb; ik hoop maar dat hij niet mijn koppensnel
ler is.' Het is enigszins merkwaardig dat de fractievoorzitter van de
V. V.D. een parallel heeft getrokken met het voorstel inzake het in
stellen van een koopavond.
De heer SANDBERG: Dat was een andere fractievoorzitter.' Ik wijt
dit aan uw griep.
De heer VAN DUN: Hoe dan ook, er is een parallel getrokken met
de koopavond. De leden van het college die een koopavond voorston
den, werd lof toegezwaaid in de tijd dat het voorstel aan de orde kwam.
In de V. V.D. -fractie bestaat een zekere continuïteit, maar blijkbaar
kunnen de meningen plotseling ook nèt andersom zijn.
De heer SANDBERG: U moet niet doorgaan, want het is gewoon niet
waar.' Ik heb dat niet gezegdi
De heer KROON: En ik ben geen fractievoorzitter van de V„ V. D.
De heer VAN DUN: Wat niet is, kan komen.'
De heer KROON: Maakt u zich geen zorgen.'
De heer VAN DUN: Ik vind het moeilijk om ordenend op te treden
in de veelheid van vragen en opmerkingen die op het college is afge
vuurd. Wellicht is het het verstandigst het probleem te lokaliseren, om
te zien waar het in feite om gaat.
In Breda bestaat één taxibedrijf en tien autoverhuurbedrijven. Meer
malen is de politie in haar controle van het Rijtijdenbesluit in moeilijk
heden gekomen, omdat de contröle van de rijboekjes via de huidige re
geling een schier onmogelijke taak is. Dat is niet de enige reden waarom
het college dit voorstel aan de raad heeft voorgelegd. Het enige taxibe-