301
15 MAART 1973,
TEGEN hebben gestemd de heren Van Merkom, Roozeboom, Van
Banning, Brooimans, Gielen, Froger, Van Loon, Dees, Von Schmid,
America, Biemans, Geene, Kroon, Van Caulil en Veelenturf, mevrouw
Jager-Middelbeek en de heren Sandberg en Taks.
Van 21.25 uur tot 21.40 uur wordt gepauzeerd.
De VOORZITTER: Ik heropen de vergadering.
17. Bijlage nr. 98.
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT VAST
STELLING VAN EEN VERORDENING OP DIENST VAN BEPLANTIN
GEN.
De heer VAN MERKOM: In artikel 2, lid 7, wordt bepaald dat aan
de dienst onder meer wordt opgedragen: "het onderhoud en het beheer
van de bij de dienst ingebrachte onroerende goederen en de aanschaf
fing, het onderhoud en het beheer van machines en materialen, die
voor een efficiënte bedrijfsvoering noodzakelijk zijn". Het lijkt mij
dat aan dit lid van artikel 2 moet worden toegevoegd: voor zover aan
de dienst opgedragen. In lid 8 van hetzelfde artikel komt deze zelfde
toevoeging wèl voor.
De heer VAN DUN: Akkoord,
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het aldus
gewijzigde voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
18. Bijlage nr, 99.
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT WIJZI
GING VAN HET RAADSBESLUIT INZAKE HET VERSTREKKEN VAN
EEN LENING AAN DE R.K. WONINGBOUWVERENIGING "ST. LAU-
RENTIUS" VOOR VERNIEUWING VAN DE BERGINGEN BIJ HET COM
PLEX 19 (26) WONINGEN AAN DE LORENTZSTRAAT.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt con
form dit voorstel besloten.
19. Bijlage nr. 100.
PREADVIES VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS INZAKE DE
VERKOOP VAN WONINGWET- EN ANDERE GEEXPLOITEERDE WO
NINGEN.
De heer VAN MERKOM: Onze gemeente wijkt in dezen al twee jaar
lang af van de rijksregeling op dit gebied. Is het wellicht mogelijk dat
de wethouder ons informeert over de achtergronden van deze rijksrege
ling? Ten behoeve van een optimaal huisvestingsbeleid heeft deze raad
het op een gegeven ogenblik noodzakelijk geoordeeld de beschikking te
houden over een zo groot mogelijk areaal aan zo goedkoop mogelijke
woningen. Heeft deze regeling, nu zij twee jaar op deze manier is uit
gevoerd, enig effect gehad? Zo ja, is dit aantoonbaar? Zo neen, waar
om komt u dan met deze regeling terug? Wanneer er inderdaad een ef
fect is geweest, hadden wij dat graag in het voorstel teruggevonden.
In uw preadvies stelt u dat het overleg met de woningbouwvereni
gingen gelukkig geleid heeft tot een woning-pool. Met de instelling
van het C. R. B. wordt een beter toewijzingsbeleid bewerkstelligd, waar-