452 16 APRIL 1973 18 jaar. Wethouder DE RAAFF: Mevrouw Paulussen komt terug op het inscha kelen van de sportverenigingen. Zij zegt dat de wethouder in een eerder overleg heeft toegezegd dat hij met de sportverenigingen zou spreken. Ik kan mij wel herinneren dat ik gezegd heb dat ik het nfet zoü doen; ik meen zelfs letterlijk gezegd te hebben: "Een verzoek van mevrouw Pau lussen is nog geen opdracht aan de wethouder". Het lijkt mij dus sterk dat ik ooit gezegd zou hebben dat ik het wél zou doen. Als tweede punt stelde mevrouw Paulussen aan de orde dat ik de sportstichting zie als een overlegorgaan van de sportverenigingen; dat heb ik beaamd en daar is ook met de sportstichting over gesproken. Dat neemt niet weg dat wij in de voorbereiding voor 1974 overleg zullen plegen met de sportstichting; ik meen dat dit zelfs al in het voorstel staat. Ik zal de sportstichting vragen of zij overleg wil plegen met de sportver enigingen via mijn collega, wethouder Mans. De heer America vraagt of hij er zeker van kan zijn dat allen bene den de leeftijd van 19 jaar het jeugdtarief zullen moeten betalen. Ik kan daarop met een volmondig "ja" antwoorden. Ik meen zelfs dat degenen, die nog geen 16 jaar oud zijn, dus kinderen van 15 jaar en jonger, ge heel gratis gekeurd zullen worden. In ieder geval zal een door de heer America bedoeld uitzonderingsgeval niet meer dan 5, -- behoeven te betalen, omdat alle personen beneden de 19 jaar in 1973 dit bedrag be talen. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burge meester en wethouders besloten. 37. bijlage nr. 151 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BE SCHIKBAAR STELLEN VAN EEN KREDIET AD 7. 500, -- IN VER BAND MET DE DOOR DE GEMEENTE TEN BEHOEVE VAN DE STE- DEBOUWKUNDIGE ADVIESRAAD TE MAKEN ONKOSTEN. 38. bijlage nr. 152 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET VO TEREN VAN EEN KREDIET VOOR DE VERBOUWING EN INRICHTING VAN HET GEBOUW P. C. HOOFTSTRAAT 1 TEN BEHOEVE VAN DE SCHOOLADVIES - EN BEGELEIDINGSDIENST. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt achter eenvolgens conform deze voorstellen van burgemeester en wethouders be sloten. 39. bijlage nr. 153 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT VERHUUR VAN HET COMPLEX HET TURFSCHIP AAN DE STICHTING "STICH TING HET TURFSCHIP BREDA" EN TOT INTREKKING VAN HET BE SLUIT TOT VERHUUR VAN HET TURFSCHIPCOMPLEX AAN DE STICHTING "STICHTING ADRIAEN VAN BERGEN BREDA". De heer VAN OS: U kunt zich voorstellen dat ik geen zin heb in een uitgebreide discussie over de Turfschipproblematiek. Ik denk dat ik daarin door een groot deel van de raad gesteund zal worden. Wij weten boven dien hoe uiteindelijk de stemming over dit voorstel zal verlopen. Het mag u bekend zijn dat wij ten aanzien van de particuliere stichting niet

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 452