488
17 MEI 1973
De heer KROON: Ik mag mij zo langzamerhand ook tot de groep van
bejaarden rekenen. Toch zal ik hier spreken in mijn verantwoordelijk
heid als raadslid. Reeds in de raadsvergadering waarin het onderhavige
terrein gereserveerd werd voor bijzondere bebouwing, leefde de gedach
te dat er huisvesting voor bejaarden gerealiseerd zou worden. Wij waren
ontstellend ver achter in het bouwen van bejaardenwoningen en -centra,
terwijl daaraan toch een grote behoefte bestond.
Wanneer dit plan èn de plannen die nog in voorbereiding zijn uitge
voerd zijn, zal Breda ongeveer 1.200 h 1. 300 huisvestingsmogelijkheden
voor bejaarden hebben. Daarmee lopen wij nog enige honderden stuks
achter op het landelijk gemiddelde. Daarom geloof ik dat het goed is
dat deze zaak nu aan de orde komt. Ik heb alle vertrouwen in de pro
jectgroep die deze aangelegenheid heeft bestudeerd.
In de afdeling voor ruimtelijke ordening is vooral de juridische kant
uitvoerig belicht. De dienst van openbare werken is van mening dat voor
de uitvoering van dit plan geen voorbereidingsbesluit nodig is, om de
eenvoudige reden dat aan dit terrein al de bestemming "bijzondere be
bouwing" is gegeven. Voorzichtigheidshalve heeft de afdeling voor stads
ontwikkeling evenwel een ander advies uitgebracht. Dat is echter zuiver
een juridische kwestie. De afdeling voor ruimtelijke ordening was dan
ook vóór dit voorstel.
Ten behoeve van de eerste levensbehoeften zijn enkele winkels in
de wijk aanwezig, op een afstand van ongeveer 400 m van de bejaarden
huisvesting. Het winkelcentrum ligt op een afstand van 1 km. De grote
verkeersweg die er tussen ligt zou enigszins belemmerend kunnen werken,
de afstand echter niet. Het is voor een bejaarde echt niet zo slecht om
dagelijks een wandelingetje van een kilometer te maken om daarna te
kunnen profiteren van de geneugten die de heer America zo heerlijk heeft
geschilderd in zijn naar mijn smaak wat overtrokken, emotionele betoog.
De heer AMERICA: Maar de bejaarden moeten daarna ook weer naar
huis.'
De heer KROON: Goed, dan moeten zij 2 km lopen, maar dat is
heel gezond: zij kunnen dat makkelijk in een halfuurtje doen.
De heer VON SCHMID: Het is daar ook zo'n heerlijk wandelterrein.'
De heer KROON; Met de heer Van Duijl ben ik van mening dat het
onjuist is in dit verband te spreken over "gettovorming". Ik zou het op
prijs stellen, wanneer men deze uitdrukking terug zou willen nemen.
Ik acht het buitengewoon goed dat het dienstencentrum mede voor
de hele wijk kan functioneren. Mevrouw jager heeft erop aangedrongen
goede busverbindingen e. d. tot stand te brengen. In de afdeling voor
ruimtelijke ordening heb ik begrepen dat de Plebaan van der Madenstich-
ting dergelijke toezeggingen al heeft gedaan.
Mevrouw Van Nes was het niet eens met de grote concentratie van
bejaarden. Ik zou haar willen aanraden rekening te houden met de mo
gelijkheden die ons op het ogenblik ten dienste staan. Het zou best aar
dig zijn om enkele bejaardenwoningen te bouwen in kleinere aantallen
bij elkaar, maar daarvoor zijn geen contingenten en daarvoor worden
ook geen subsidies verleend.
In de fiats in de Hoge Vucht zouden inderdaad ook bejaarden gehuis
vest kunnen worden» maar daarvoor zijn deze flats niét specifiek gebouwd;
zij zijn ook gebouwd voor vrijgezellen, kleine gezinnen e„ d.
Mijn fractie zal graag met dit voorstel akkoord gaan.