495 17 MEI 1973 Het concrete plan dat nu voor ons ligt was oorspronkelijk bedoeld voor de stichting van een verzorgingstehuis. Vanwege de veranderde filoso fie, onderlijnd door een vergunningenbeleid van hogerhand, is het om gebouwd tot een complex van bejaardenwoningen, annex dienstencen trum. Men zou kunnen zeggen: in plaats van een tehuis met volledige verzorging komt er nu een tehuis met beperkte verzorging. Het is een variant ten opzichte van het oorspronkelijke plan, maar beide betreffen zij de huisvesting van bejaarden. Het plan is ontwikkeld door het par ticulier initiatief. Ik geloof dat wij blij mogen zijn dat er nog groepen zijn in Breda die zonder winstoogmerk iets willen doen voor de bejaar den. In het plan wordt rekening gehouden met de mogelijkheden en on mogelijkheden, beoordeeld door de projectgroep bejaardenhuisvesting, die een positief advies heeft uitgebracht, aangezien het plan past in het behoeftenpatroon; daarbij zijn, zoals de heer Spanjer terecht heeft opgemerkt, bepaalde "mitsen" in acht genomen. Het gaat niét om een niet te realiseren ideaalsituatie, maar om een concrete mogelijkheid van betaalbare voorzieningen ten behoeve van 400 bejaarden, waarte gen de raad naar mijn mening "ja" zou moeten zeggen. Wanneer men "neen" zegt, doet men de bejaarden tekort. De grootste angst van de bejaarden is de vraag waar zij later huisvesting zullen kunnen vinden. Verschillende sprekers hebben zich afgevraagd waarom er zo'n grote concentratie tot stand moet komen. Dit is nodig in het kader van de mogelijkheden en onmogelijkheden die er zijn. Wij streven naar een aangepaste voorziening tegen betaalbare prijzen, zoals wij ook streven naar het realiseren van betaalbare woningen voor de andere men sen. Als wij niét zouden bouwen conform dit plan, zouden deze wonin gen veel duurder worden. Bovendien is zo'n concentratie nodig om het dienstencentrum te kunnen realiseren. Er is namelijk een bepaald aan tal bejaarden nodig om een dienstencentrum te kunnen stichten. Ik meen te weten dat er een minimum eis bestaat van 400 bejaarden; beneden dat aantal wordt geen subsidie verstrekt voor het oprichten van een diensten centrum. De heer America heeft ervoor gepleit het dienstencentrum in de buurt van het winkelcentrum te realiseren, omdat het dan niet in een uithoek zou komen te liggen. Ook dan moet er in een cirkel met een straal van 800 m een concentratie van ten minste 400 bejaarden zijn. In Breda-noord wonen niet veel bejaarden, zodat het naar onze mening niet mogelijk is elders een dienstencentrum te vestigen. De heer AMERICA: Wij hebben goedgekeurd dat er nog 1200 flats bijgebouwd worden.' De heer DE RAAFF: Dat betekent niet dat er ook 400 bejaarden in zullen wonen. Het staat iedereen vrij te gaan wonen waar hij wil. Mevrouw jager heeft gevraagd of het absoluut zeker is dat het dien stencentrum er komt. Zonder het dienstencentrum komt het bejaarden centrum er niet. Vervolgens heeft zij gevraagd op korte termijn een no ta met richtlijnen te mogen ontvangen. Ik heb deze week geïnformeerd naar de voortgang met die nota. Men heeft mij gezegd dat zij eind ju ni klaar zou kunnen zijn. Ik mag veronderstellen dat de nota in augus tus in de afdelingen en commissies kan worden besproken, zodat de no ta in september in de raad behandeld zou kunnen worden. Het college vraagt zich, gezien deze toezegging, af of de motie van de V.V.D. nog wel gehandhaafd moet blijven. Wij adviseren mevrouw jager de motie in te trekken. Er is ook gesproken over de geïsoleerde ligging van het project. Dat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 495