544
21 MEI 1973
De Lunetstraat heeft met het geheel weinig te maken, dat is een
andere invalsweg naar de binnenstad, die niet in relatie staat tot dat
gene waar wij hier over praten.
Mevrouw Van Nes heeft gezegd dat de schaal te groot is. Wij zou
den daar uren met elkaar over kunnen praten, maar als wij in de situa
tie zoals wij die nu kennen een invalsweg enten op een singelsysteem
in plaats van die rechtstreeks door te trekken naar de binnenstad, door
af te buigen en die weg pas daarna door te trekken, ontstaat er een stuk
schaalvergroting die, terwille van het systeem dat wij geen rechtstreekse
ingang in de binnenstad wensen, aanvaardbaar zou moeten zijn. Van een
tweede silo naast de bestaande is mij niets bekend. Voorts heeft mevrouw
Van Nes het over een niet juiste kostenraming. Ik hoop dat --de heer
Van Merkom heeft dat tot mijn vreugde duidelijk onderschreven -- men
begrijpt dat dit betekent dat wij bedoelen dat wij op dit moment niet
tot op de gulden nauwkeurig kunnen zeggen wat dit project gaat kosten.
U ziet dat ook in de correspondentie met het ministerie. Zoals bekend
heeft de minister op 15 september 1972 een financiële bijdrage in het
vooruitzicht gesteld, waarbij wij en de minister zijn uitgegaan van een
voorlopige kostenraming.
De heer Spanjer heeft gevraagd of de doortrekking naar de Konijnen
berg noodzakelijk is. Naar de mening van het college is dat inderdaad
het geval. Vervolgens vraagt de heer Spanjer of het in de bedoeling ligt
na het bespreken van de budgettaire consequenties de technische meri
tes van het plan opnieuw aan de orde te stellen. Het ligt niet in de be
doeling van het college dat te doen. Wij praten vanavond over de inhoud
en het technische wel en wee van het plan, zodat volgende gesprekken
alleen maar betrekking zullen hebben op de budgettaire consequenties.
Ik heb al geantwoord op de vraag van de heer Von Schmid naar de
relatie met de binnenstad. Voorts heeft hij de interessante stelling naar
voren gebracht dat de Kennedybrug het verkeer naar de singels zal doen
toenemen. Ik geloof dat wij dat inderdaad moeten onderschrijven. Aan
de andere kant moet men zich natuurlijk wel afvragen wat op dat mo
ment het alternatief was voor het knelpunt daar ter plaatse. Öf de progno
ses zullen uitkomen weet ik niet. Ik ben het helemaal met de heer Von
Schmid eens wanneer hij zegt dat de reconstructie van de Belcrumweg
niet los kan worden gezien van die van de Tram- en Gasbrug.
Ook de heer Van Merkom heeft gesproken over het tangenten- en
het radialensysteem. Bijzonder interessant is zijn vraag in dit verband
of er in het verleden al besluiten zijn genomen die moeilijk zijn terug
te draaien, waarbij hij twee voorbeelden aanhaalt. Ik geloof dat wij van
de Karnemelkstraat maar moeten afblijven tot wij inderdaad weten wat
wij met de binnenstad gaan doen. Anderzijds ligt de Van Bergenweg --
de Leuvenaarstraat-Middellaan vast in een goedgekeurd bestemmingsplan,
maar ik zou mij kunnen voorstellen dat wij, zoals de leden van de afde
ling ruimtelijke ordening weten, verder studerend op het plan Leuvenaar-
straat-Middellaan tot de conclusie komen dat het wellicht mogelijk is
dat er aan de hand van deze filosofie een wijziging aan de raad wordt
voorgelegd. Als het nodig is zullen wij het lef moeten hebben ook op dat
punt beslissingen terug te draaien.
Ik vind de Belcrumweg geen radiaal. Ik meen dat de heer Van Mer
kom en ik elkaar verkeerd begrijpen als wij die als zodanig zouden beti
telen. Hij heeft verder gevraagd hoe Sinterklaas zal binnenkomen. De
enige oplossing voor Sinterklaas lijkt mij voortaan gelegen in het open
baar vervoer. Tot slot heeft de heer Van Merkom gevraagd of deze oplos
sing is getoetst aan eisen van welstand. Als hij daqrmee doelt op een toet
sing zoals die gebeurt met bouwvergunningen, die een bepaalde routing