21 MEI 1973 556 45. bijlage nr. 196 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET VERLENEN VAN EEN KREDIET T. B. V. VOORBEREIDINGS- WERKZAAMHEDEN INVOERING ONROEREND-GOEDBE LA S- TINGEN. De heer VAN OS: Het is ons bekend dat het voorbereiden van de invoering van een dergelijke belasting erg ingewikkeld is en veel tijd kost. Ik juich dit voorstel dan ook van harte toe en ik hoop dat wij ons inderdaad aan de termijn zullen kunnen houden, zodat het, zoals de wethouder in de afdelingsvergadering heeft ge zegd, mogelijk zal zijn voor 1 januari 1974 de zaak aan gedepu teerde staten te presenteren, opdat deze belasting op 1 januari 1975 kan worden ingevoerd. Ik neem aan dat wij voordat het zover is nog veel woorden aan de onroerend-goedbelasting zullen wijden en ik hoop dan ook bij die gelegenheid nog het nodige te kun nen zeggen over de bestemming van de opbrengst van deze belasting. Wethouder BROEDERS: Wij doen ons best zo snel mogelijk deze materie rond te krijgen. Met betrekking tot de bestemming van de opbrengst van deze belasting zou ik willen opmerken dat die natuurlijk een algemeen dekkingsmiddel is, dat in de hele verdeling meetelt. In zoverre zal de raad daar zeker over kun nen meespreken en meebeslissen. Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 556