586 21 JUNI 1973 ten meegaan. Graag wil ik het verzoek van mevrouw jager, ons in het najaar informatie te verstrekken omtrent de overheveling van de g. t. a. naar de streekschool, onderschrijven. De heer JANSEN: U deelde ons mede dat een aantal 1„ t„ s.-en in de omgeving de avondcursussen heeft stopgezet. Dit is een reden te meer en een noodzaak te meer het avondonderwijs hier te waarborgen. Wel ke mogelijkheden wordt hen die alleen in de gelegenheid zijn avondon derwijs te volgen dan nog geboden? U geeft geen garantie in dezen voor de toekomst. Er blijft voor mij een dermate groot aantal onzekerheden over dat ik niet met uw voorstel kan meegaan. De heer KRAMER: Voor buitenstaanders lijkt mij het beroepsgericht onderwijs niet eenvoudig. Men kan het dan ook niet abnormaal vinden dat er voor hen nog onduidelijkheden zijn. De heer Veelenturf' heeft er reeds op gewezen dat er nogal wat afspraken zijn gemaakt en er bestaan nogal wat vaste regels. Bij een aantal collega-raadsleden bestaat enigs zins een ontkenning van de soepelheid van organisatie, leiding en lera ren. Zij hebben dagelijks met kennis en vaardigheden te maken en zij moeten daar dagelijks mee werken. Het grote voordeel is, dat dit alles zich voltrekt onder toezicht van dezèlfde inspectie, In verband met de dure apparatuur is dat ook een gelukkige omstandigheid. Ik heb wel ver trouwen in het geheel, en ik mag toch veronderstellen dat ik weet waar ik over praat. U heeft ons in de commissie reeds een aantal toezeggin gen gedaan. De voornaamste toezeggingen vind ik dat de mensen die al tijd 's avonds les gegeven hebben indien zij geschikt zijn in eerste in stantie bij de sollicitaties worden betrokken en dat alle medewerking zal worden gegeven om te onderzoeken of de groep dag-, avond- of zater- dagonderwijs wil volgen. Men twijfelt of er inderdaad een verschuiving naar het dagonderwijs plaatsvindt doch men twijfelt dan ten onrechte want de cijfers wijzen duidelijk in deze richting. Dat komt ook niet zomaar en ineens uit de lucht vallen. Wij moeten op de ingeslagen weg voortgaan. De streekschool heeft in korte tijd reeds bewezen dat zij iets kan preste ren. Het gaat om onderwijsvernieuwing en de verschillende opleidingsmo gelijkheden daarbij; de wet op het leerlingwezen is er niet voor niets. Het zou een onverantwoord besluit zijn het geheel andersom te regelen. Men praat nogal dikwijls over de volwassenen. In de vergadering van de commissie heb ik al gewezen op hetgeen in het centrum voor vakoplei ding voor volwassenen gebeurt. Men kan daar reeds op 18-jarige leeftijd terecht. Een leerovereenkomst wordt eerst op 27-jarige leeftijd beëin digd. Ook daar zijn mogelijkheden. In het eerste punt van de motie van de heer Van Os staat iets over de permanente educatie in verband met het avondonderwijs. Wie zal in twijfel trekken dat er 's avonds onderwijs moet worden gegeven als daar behoefte aan is? Overigens is dat toch toegezegd? Ik zou die permanen te educatie ook in relatie willen brengen met het welzijn. In dat geval zou voor degenen die overdag werken het avondonderwijs zo spoedig mo gelijk in dagonderwijs moeten worden omgezet. Uiteraard worden die regels niet hier opgesteld; er wordt echter wel aan gewerkt. Gezien uw toezeggingen en gehoord het college hebben wij geen behoefte aan de motie. Wij hebben geen problemen met het voorstel en wij gaan akkoord met de opheffing van de gemeentelijke technische avondschool. De heer VON SCHMID: Bij mijn standpuntbepaling, ook ten aanzien van de motie, ga ik ervan uit -- zeker na alles wat ik vanavond heb ge-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 586