716 16 AUGUSTUS 1973 gebracht hebben de 3%-regeling op dit moment niet uit te voeren, maar er bij de landelijke overheid op aan te dringen het betreffende financie ringsbesluit in te trekken zijn ook onze argumenten. Zij zullen de mees te leden van de raad genoegzaam bekend zijn als de raad de perspublica ties heeft gevolgd. Voor de duidelijkheid wil ik niettemin een opsomming van onze voor naamste argumenten geven: 1. De burgers worden verplicht bij te dragen aan een projekt waarvan de uitkomst door niemand kan worden voorspeld en dat grote geva ren voor de bevolking kan opleveren. De langdurige werking van het uiterst gevaarlijke plutonium maakt de bouw van snelle kweekreactoren dubieus. Diegenen, die aan voeren dat het niet aangaat na parlementaire behandeling de Kal kar-heffing in te trekken, willen wij wijzen op de recente beslui ten in Amerika en Zweden, respectievelijk van de rechter en van het parlement, die tot gevolg hebben dat de bouw van kweekreac toren voorlopig wordt stopgezet. 2. Door de. handelwijze van de rijksoverheid worden de gemeenten in een dwangpositie gebracht. Hun autonomie wordt wederom aange tast, wat voor de relatie tussen bestuurders en bestuurden grote ge volgen kan hebben. Terecht zegt het KVP-raadslid Cornelissen uit Leiden dat je op deze manier wordt gedegradeerd tot een ja-knik- ker en medeplichtig wordt gemaakt aan iets wat je eigenlijk niet zint. Aanhouding van dit voorstel op dit moment heeft voorlopig geen fi nanciële consequenties, zodat ons voorstel tot aanhouding ons alleszins redelijk voorkomt. De heer VAN DUIJL: Ik kan niet zeggen dat de heer Mensen ons met dit ordevoorstel overvalt, want het is genoegzaam bekend dat hij in de commissie van advies en bijstand uitgebreid over dit onderwerp heeft ge sproken. Het was ons evenwel niet bekend dat hij met dit ordevoorstel zou komen. Ik wil u dan ook vragen de beraadslagingen te schorsen, opdat wij in staat zijn ons nader over dit voorstel te beraden. De VOORZITTER: Het lijkt mij zinvol eerst de discussie in eerste ter mijn af te ronden. Daarna kan desgewenst de vergadering worden geschorst voor een eventueel beraad. De heer DEES: Hoewel wij de tekst van dit ordevoorstel pas kort ge leden hebben ontvangen, kan ik nu al zeggen dat wij niet met dit voor stel kunnen instemmen. Het lijkt mij goed aan te geven waarom wij er niet mee kunnen instemmen. Er is een Wet Financiering Ontwikkeling Snelle Kweekreactor. Deze wet is beide Kamers gepasseerd nadat een discussie is gevoerd waarin al le argumenten voor -- de heer Mensen heeft ze nu niet genoemd --en alle argumenten tegen aan de orde zijn geweest. Wij kunnen dan ook vast stellen dat wij hier te maken hebben met een wet die langs volstrekt de mocratische weg tot stand is gekomen. Naar ons oordeel betekent dat dat die wet door elke burger en ook door de lagere overheden moet worden na geleefd. Het is voorstelbaar dat een gemeente bezwaren heeft tegen deze wet, maar in dat geval had die gemeente vóór of tijdens de behandeling in het parlement haar bezwaren aan de regering kenbaar moeten maken. De gemeente Amsterdam heeft dat gedaan. De argumenten van Amster dam, die niet van een aard waren die de heer Mensen noemde, hebben in de beraadslagingen een rol gespeeld. Tenslotte is er een democratisch

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 716