771 13 SEPTEMBER 1973 Begrotingswijziging nr. 10 die ons ter goedkeuring wordt voorgelegd, be treft een bedrag van 370. 000, -- voor personeelskosten. De ove rige leden van de raad weten misschien niet waarop die post betrekking heeft. Volgens de stukken die ik in de leeszaal heb doorgenomen is dit bedrag bestemd voor de "gouden handdruk" aan de directeur van het schap. Volgens ons is dit bedrag nogal royaal uitgevallen. Als men deze som gelds goed uitzet, kan men er de rest van zijn leven mee toekomen, en dan ver dient men nog even veel als de meeste werknemers in ons land na een jaar hard ploeteren krijgen. Wij vinden dat onjuist. In de vorige raadsvergade ring hebben wij reeds als onze mening naar voren gebracht dat er onvol doende is gezocht naar de mogelijkheid van een functieverandering voor deze voorzitter van het schap. Met begrotingswijziging nr. 10 zijn wij het dan ook niet eens. In algemene zin wil ik nog enkele opmerkingen maken over het grote aantal begrotingswijzigingen dat ons is voorgelegd. In de regeling van het schap wordt bepaald dat de normale procedure moet worden ge volgd en dat de deelnemers geïnformeerd moeten worden over de begro tingswijzigingen voordat zij aan de Kroon worden voorgelegd. Dat is in dit geval nfét gebeurd. De voorzitter van de commissie voor financiën, die in het dagelijks bestuur van het schap zit, zei dat hij ermee akkoord was gegaan, omdat een slagvaardig beleid mogelijk moet blijven. Die uitleg achten wij onvoldoende. Verschillende zaken waren bepaald niet van een spoedeisend karakter en ten aanzien daarvan had zeker de nor male procedure gevolgd kunnen worden. De heer Van Loon is helaas niet aanwezig, anders had ik graag zijn mening willen vragen. Daarom wil ik nu graag van de heer Broeders weten wat hij van deze handelwijze vindt. De grondprijs komt in deze begrotingswijziging eveneens aan de orde. Er worden verschillende prijzen berekend: 10,— per m2, 20,—, ƒ.23,50 en 38,50. Uit de papieren die tot nu toe door het bedrijfsschap zijn gepubliceerd is niet te concluderen welk beleid er met betrekking tot de grondprijs wordt gevoerd. Toch zullen de grondverkopen voor een belangrijk deel bepalen of het schap zal slagen of niet. Wij menen dat wij hierin als deelnemers enig inzicht zouden moeten hebben. Hoewel er een nota op komst is, hoop ik dat de wethouder van financiën ons als vertegenwoordiger van het schap wat meer informatie zal kunnen verstrek ken. De overige wijzigingen zijn in de begroting niet voorzien. Uiter aard zijn het daar wijzigingen voor, maar het betreft hier belangrijke uit gaven die in de totaalvisie niet waren voorzien. De sterk gereduceerde grondverkoop aan de P. N. E. M. brengt belangrijk minder geld in het laatje dan was voorzien. Ook de kosten voor ontpoldering, stormschade en leve ring van zand drukken nogal dóór. Uit al deze niet voorziene ontwikke lingen blijkt dat er niet veel voortgang is in het beleid. Daarom hebben wij onze reserve ten aanzien van dit facet van beheer door het schap. Om dat ons niet voldoende gegevens ter beschikking staan, weten wij niet wel ke consequenties hieruit zullen kunnen voortvloeien voor de raad; ten slot te zijn wij voor l/7 deel mede verantwoordelijk voor de verliezen die ge leden worden. In tegenstelling tot het voorstel van het college, willen wij de raad voorstellen het schap onze genuanceerde mening over de "gouden handdruk" ter kennis te brengen. Voorts zal onzes inziens artikel 43, lid c, van de gemeenschappelijke regeling zodanig gewijzigd moeten worden, dat bij een begrotingswijziging de normale procedure wordt gevolgd, zoals die bij een begroting gebruikelijk is. Ten derde willen wij het schap mede delen dat volgende begrotingswijzigingen ën begrotingen naast de finan-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 771