6
4 JANUARI 1973
belangrijke invloeden van buitenaf onze besluitvorming uithollen. Het
is natuurlijk een bekend gegeven dat een groot aantal raadsleden sterke
bindingen heeft met instellingen en bedrijven in onze stad. Het gaat
d. onder andere om de horeca, om de vakbeweging, om het bedrijfsleven
zoals de drankenhandels en bouwondernemingen; sterke bindingen bestaan
t ook met de landbouw, met het onderwijs.
De heer ROOZENBOOM: Met de PTT.'
De heer CRUL: Inderdaad.
De heer QUADEKKER: Met de achterban en met actiegroepen.'
De heer CRUL; De heer Quadekker weet blijkbaar nog vele moge
lijkheden op te noemen. In Breda zou men misschien enigszins van een
coöperatieve raad kunnen spreken. Dit gegeven behoeft niet nadelig te
zijn voor het functioneren van deze raad bij het behartigen van de be
langen van deze stad. In de practijk blijkt echter in een aantal gevallen
dat de invloed van het bedrijfsleven op de besluitvorming onevenredig
groot is, hetgeen tot gevolg kén hebben dat het algemeen belang niet
op de juiste wijze wordt gediend. Naar mijn mening is de afhandeling
van deze Turfschip-kwestie een typisch voorbeeld van de manier, waar
op het eigenlijk niet zou moeten gebeuren. Deze raad heeft als hoogste
bestuursorgaan van de stad via de studie van de commissie ad hoe een
aantal mogelijkheden aangedragen om tot verbetering van de exploitatie
te komen. Beslissingen hierover waren reeds gedeeltelijk genomen; de
aangedragen mogelijkheden werden sympathiek benaderd. Op dat moment
presenteerde het bedrijfsleven zich; het bedrijfsleven zei onverbloemd dat
deze raad een dergelijke aangelegenheid nooit goed kan regelen en kwam
met het garantenvoorstel. De raad aanvaardde in feite zonder slag of stoot
deze aangegeven mogelijkheid.
De heer KROON: Zonder slag of stoot?
De heer CRUL: Men koos voor een constructie, waarbij de overheid
wel de zwaarste lasten draagt, maar alle zeggenschap over het gebouw
en over het functioneren daarvan verliest. Ik meen persoonlijk dat de
K.V.P. -fractie in deze een grote verantwoordelijkheid draagt, nu wij
tot deze beslissing komen. De K.V.P, bedrijft in feite mét de V.V.D.
liberale politiek in deze. U weet dat onze fractie op 26 september te
kennen heeft gegeven tegen de door de garanten voorgestelde construc
tie voor Het Turfschip te zijn, omdat men vanuit die constructie de
verantwoordelijkheid van de raad voor een juist beheer van het inge
brachte overheidsgeld en het gebouw niet waar kan maken. Verder wa
ren de garanties voor de afvloeiing van het personeel onvoldoende; ten
slotte zou de gemeenschapsfunctie niet voldoende tot zijn recht kunnen
komen. Bovendien waren wij van oordeel dat de alternatieve mogelijk
heden, die onder andere door de genoemde commissie ad hoe naar vo
ren waren gebracht, onvoldoende tegen de door de garanten ingebrachte
voorstellen in competitie waren gebracht. Onze principiële bezwaren
blijven ook met de nieuwe informaties uit uw voorstel gehandhaafd.
In de PAK-fractie hebben wij gesproken over de wijze, waarop wij
na de principiële afwijzing de beraadslagingen van vanavond zouden
moeten volgen. Uit een aantal mogelijkheden heeft de fractie gekozen
voor een opstelling, die uitgaat van de realiteit. De heer Van Os heeft