18 OKTOBER 1973 853 ANTWOORD. Ter beantwoording van de door U op grond van het bepaalde in artikel 40 van het reglement van orde voor de gemeenteraad ge stelde vragen delen wij U het volgende mede: 1. het besluit van gedeputeerde staten, waarbij goedkeuring wordt onthouden aan het besluit van de raad tot vaststelling van de "Taxiverordening Breda 1973" zal op de gebruikelijke wijze voor de raad bij de ingekomen stukken ter inzage worden ge legd. 2. Of ons bij ongewijzigde vaststelling van de verordening civiele processen wachten, is ons college niet bekend. 3. Het besluit van de raad van 15 maart j. 1. tot vaststelling van de taxiverordening is rechtsgeldig tot stand gekomen. De over wegingen van gedeputeerde staten, die tot het onthouden van goedkeuring aan dat besluit hebben geleid, zijn naar onze nog voorlopige mening niet van dien aard, dat fundamentele wijziging van de verordening noodzakelijk is. Het opnieuw ter beoordeling aan de raad voorleggen van een gewijzigde verordening achten wij thans niet opportuun. 4. Wij achten het onze plicht om -- waar wij met de uitvoering van raadsbesluiten zijn belast -- eerst na te gaan of het ver antwoord is van het besluit van gedeputeerde staten in beroep te gaan om zodoende te trachten, dat het onderhavige besluit van de raad alsnog rechtskracht zal krijgen. Met dit onder zoek zijn wij bezig. 5. De raad heeft destijds besloten de bevoegdheid tot het instel len van beroep tegen administratieve beslissingen aan ons col lege te delegeren op voorwaarde, dat indien van dat recht gebruik gemaakt wordt, daarvan in de eerstvolgende vergade ring van de raad verslag wordt gedaan. (De raad heeft deze bevoegdheid gedelegeerd in verband met de korte beroeps termijn -- in het algemeen 30 dagen -- welke bij deze zaken geldt). Wij achten het in strijd met het karakter van de delegatie als bij mogelijke incidentele hantering van de delegatie voor af het gevoelen van de raad zou moeten worden ingewonnen. Aan de bij de delegatie gestelde voorwaarde zullen wij vol doen door -- indien tot in beroep gaan wordt besloten -- in de eerstvolgende vergadering van de raad het beroepschrift voor de leden ter visie te leggen. VRAAG (ingevolge artikel 40 van het reglement van orde) De heer CRUL: 1. Naar aanleiding van de incidenten rond het NAC-complex op 8 april j. 1. na de wedstrijd NAC-FC Den Haag legden wij U met onze brief van 9 april een aantal vragen voor. In antwoord op deze vragen deelde U ons o. a. het volgende mede: "met een vertegenwoordiging van het bestuur van NAG is ter zake van het voorval een constructief overleg gepleegd. Er zijn enkele maatregelen in voorbereiding en in uitvoering met betrekking tot het drankgebruik en een aantal andere voorzieningen, die een herhaling kunnen voorkomen".

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 853