18 OKTOBER 1973 889 nemen van deze stukken, maar dat neemt niet weg dat wij het inder tijd genomen besluit willen handhaven om dezelfde redenen, die de heer Cr ui zoeven heeft genoemd. Daarnaast wil ik het college de ge legenheid geven zijn besluit inzake het tegen de beslissing van gede puteerde staten in beroep gaan te motiveren en dat houdt in dat wij op dn moment geen behoefte hebben aan de motie. De heer KROON; Ik vind het jammer dat uw college ten opzichte van deze motie geen ander standpunt inneemt, dat moet ik u eerlijk zeggen. De heer S andbei g heeft gezegd dat hij de mening, die in de motie uitgesproken wordt, daaruit wegneemt, maar dit neemt niet weg dat het besluit destijds na een moeizame discussie op democratische wijze tot stand is gekomen en dat de bevoegdheden van uw college, om de besluiten van de raad ten uitvoer te brengen, gerespecteerd moeten worden. Daarom zal ik tegen de motie-Sandberg stemmen. De VOORZIT TER: Waarom moet de behandeling van deze kwes tie nu plaatsvinden? De heer SANDBERG: Waarom nü niet? Waarom krijg ik geen ant woord op mijn vragen? Ik heb gevraagd naar uw motief en dat heb ik nog steeds niet gehoord. De VOORZITTER: Het nü aan de orde stellen van de motie zal niet meer invloed hebben dan het aan de orde stellen van de interpella tie inclusief de motie over een maand. U hebt zelf gesproken over de termijnen, die een procedure bij de Kroon vergt en het is gewoon fat soenlijk dat, wanneer deze kwestie in november aan de orde komt, de zin van de interpellatie en van de motie blijft bestaan. Ik begrijp niet waarom het nodig is dit onderwerp op dit moment te behandelen, nog daargelaten dat het college in de gelegenheid gesteld moet worden zijn beleid te verdedigen. Dit leidt naar mijn idee logischerwijze tot uit stel, wanr in de novembervergadering zal zeker hetzelfde effect bereikt worden, zo er tenminste al sprake is van effect. De heer Crul spreekt van overleg in de commissie van advies en bijstand, maar het betreft hier een kwestie van delegatie zoals hem uiteraard bekend zal zijn. De heer SANDBERG: Ik verzoek om een ogenblik schorsing. De VOORZITTER: Het lijkt mij verstandig dat u, vooraleer ande re sprekers aan het woord komen, de gelegenheid krijgt zich een ogen blik te beraden. Ik schors de vergadering. (22.11 uur). De VOORZITTER: Ik heropen de geschorste vergadering. (22.14 uur)i De heet SANDBERG: Er is mij van meerdere zijden verzekerd dat het werkelijk geen verschil zal uitmaken of wij dit onderwerp nü of over een maand behandelen, want "Den Haag" werkt bijzonder traag. Wij stellen de behandeling dus maar een maand uit. De VOORZITTER; Dit zal dan gebeuren op grond van de argumen ten die de heer Sandberg heeft genoemd en op grond van andere argu menten. Wij hopen in de gelegenheid te zijn dit punt op 15 november goed te behandelen. Het. zal op de agenda voor die vergadering worden opgevoerd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 889