898 18 OKTOBER 1973 en welke lijn er in de toekomst zal worden gevolgd; dit is van essen tieel belang. De heer BROOIMANS: Ik betreur het dat het niet accepteren van de zogenaamde gebruiksbepalingen door G. S. niet aan het bestuur van de veiling en de grossiersvêrenigingen is medegedeeld. Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het voor stel besloten met aantekening dat mevrouw Van Nes-Brands geacht wenst te worden tegen het tweede gedeelte van het voorstel te hebben gestemd en de heer Geene geacht wenst te worden tegen het eerste gedeelte van het voorstel te hebben gestemd. 7. bijlage nr. 285 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET VER VREEMDEN VAN ONROEREND GOED. De heer CRUL: Ik wil enkele opmerkingen maken over de punten 1 en 12 van dit voorstel. De heren Mans en Spanjer hebben met deze verkopen geen moeite, maar de overige leden van mijn fractie willen een terugblik werpen op de debatten die over de Hoge Vucht zijn ge voerd. In de gecombineerde vergadering van juni is daarover uitvoerig gesproken en vanavond eveneens zodat wij daarop niet willen terugko men. Op grond van de door ons aangevoerde argumenten zijn de heren Mensen, mevrouw Paulussen en ik tegen deze verkopen. Voorts wil ik nog iets opmerken over de punten 13 en 15. Deze verkopen zijn op een bepaalde manier aan ons gepresenteerd en hetgeen ik wil zeggen betreft dus hoofdzakelijk de procedure. Thans worden wij geconfronteerd met de verkopen en zojuist hebben wij in verband met het voorbereidingsbesluit voor Kerkakker en Tuinzigt over deze kwestie gesproken. Wij willen niet tegen deze voorstellen stemmen, maar de heer Sandberg heeft er al eens op gewezen dat er in deze raad wel eens besluiten moeten worden genomen waarvan wij alle consequenties niet kunnen overzien, omdat zij in fasen in verschillende vergaderingen aan ons worden voorgelegd. Onze fractie heeft daar veel moeite mee. Wij kunnen bijvoorbeeld niet overzien welke consequenties deze verkopen zullen hebben voor het Brabantpark of Heusdenhout. In zekere zin kun nen wij beter overzien welke consequenties dit voor Kerkakker zal heb ben, omdat voor dit gebied een voorbereidingsbesluit is genomen. Mis schien kan de wethouder ons wat meer informatie geven over Heusden hout en over het soort gebouw dat daar zal verschijnen. Wij weten dat in dit geval naast de economische motieven die voor de vestiging al daar pleiten ook het welzijn en de inrichting van de wijk, die door de ze bouw een verandering zal ondergaan, een rol spelen. Eenzelfde verzoek willen wij doen met betrekking tot de Suiker- unie. Voor de toekomst willen wij het college in overweging geven der gelijke aangelegenheden meer in relatie tot elkaar te zien, zodat wij bij het nemen van dergelijke besluiten een volledig inzicht hebben in alle consequenties die daarmee in verband staan. Mevrouw VAN NES-BRANDS: Ik wil het betoog van de heer Crul met betrekking tot de punten 1 en 12 onderschrijven op grond van de standpunten die hij heeft ingenomen tijdens de gecombineerde verga dering van de commissies in de Wisselaar.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 898