902
22 OKTOBER 1973
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt
achtereenvolgens conform de voorstellen van burgemeester en
wethouders besloten
19, bijlage nr 297
NOTA VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS MET BETREK
KING TOT HET TE VOEREN WERKGELEGENHEIDSBELEID
De heer VAN DUIJL: Het gezamenlijke overleg van de protes
tants-christelijke fractie en mijn K V P -fractie heeft tot resultaat
gehad dat ik thans namens beide fracties over dit belangrijke onder
werp het woord mag voeren
Met grote interesse hebben wij kennis genomen van de nota met
betrekking tot het te voeren werkgelegenheidsbeleid. De nota is een
doorwrocht stuk dat een visie geeft op de werkgelegenheid voor de
toekomst in Breda Onze waardering neemt echter niet weg dat wij
vrij uitvoerig op de nota willen ingaan, op grond van de zorg die ook
wij hebben voor de werkgelegenheid maar vooral voor het voortdurend
grote aantal werkzoekenden. Deze laatsten hebben recht op arbeid,
Het is funest als men wordt uitgesloten van het leveren van een bij
drage aan het arbeidsproces Het hoge percentage werkzoekenden legt
tevens een financiële last op de algemene middelen en veroorzaakt
daardoor een steeds groter wordende druk op degenen die aan het ar
beidsproces deelnemen, in de vorm van steeds hoger wordende pre
mies
Als wij ingaan op de nota van het college, moeten wij mijns
inziens ook ingaan op de achter ons liggende tijd omdat daarin in
feite de wortel van het kwaad is te vinden,, Hoe was de situatie
in ons gewest? Brabant was --en het is dat ten dele nog steeds --
een arbeidsreservoir voor de randstad Holland, Daarvan zijn twee
oorzaken aan te wijzen. Ten eerste was ons gewest niet in staat
zijn beroepsbevolking voldoende werkgelegenheid te bieden en ten
tweede werd de beroepsbevolking van ons gewest in de randstad
een hogere beloning voor haar arbeid geboden, mede als gevolg
van de aanwezigheid van enkele economisch zwakke bedrijven in
ons gewest,
Een en ander had tot gevolg dat de uitgaande pendel een grote
omvang aannam. Aangezien men in de randstad gebrek had aan goede
arbeidskrachten, was men bereid de hoge kosten aie voor de pende
laars gemaakt moesten worden voor lief te nemen, In deze situatie
school een groot gevaar-, een teruglopende conjunctuur heeft tot ge
volg dat de industrie in de eerste plaats de duurste krachten afstoot.
Op die manier ontstond er dan ook een hoger werkloosheidscijfer in
ons gewest.
De voortschrijdende industrialisatie in ons gewest -- vooral in
Etten-Leur maar ook in Breda en omgeving -- was een goede aanzet
tot het opvangen van de groeiende eigen beroepsbevolking binnen het
gewest zelf. In deze ontwikkeling ontbrak echter één gegeven: men
was in staat een groot aantal mensen arbeid te verschaffen, maar het
beloningspeil was niet in overeenstemming met het peil van hetgeen
men gewend was te ontvangen Er was dan ook weinig animo om voor
minder geld in de directe omgeving te gaan werken en men was be
reid de lasten van een verder van huis liggende arbeidsplaats te ac
cepter*:" vanwege de hogere beloning,.
Ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat de door mij genoemde
factoren ook nu nog een rol spelen, Het is daarom noodzakelijk een ac
tief industrialisatiebeleid te voeren, waaraan het de laatste jaren naar
onze mening enigszins heeft ontbroken: het gevoerde beleid was nogal
passief. Het falen van dit beleid kwam niet duidelijk tot uiting doordat