22 OKTOBER 1973 941 dat de gemeente moet afdalen van haar ivoren toren en dat er voortdurend fouten in alle stadia worden gemaakt. Ik moet dan maar de enige zijn die op dit moment blijk geeft van een groot respect voor al degenen van de zijde van de gemeente en van buiten de gemeente die de bevolking van met name de westkant en het Westeinde begeleiden in het proces waarvan wij het eerste en het laatste woord nog niet kennen, namelijk de renovatie van woningen. Dit respect wil ik per se als tegenwicht tegen hetgeen door mevrouw van Nes is gezegd hier tot uitdrukking brengen. Dit betekent helemaal niet dat wij van deze zijde van de tafel zo arro gant zijn te menen dat er geen fouten worden gemaakt. Ik ben het met de sprekers en anderen eens dat wij gezamenlijk een methodiek zullen moeten opzetten, die herhaaldelijk moet worden vernieuwd, opdat wij elkaar en vooral onszelf zo goed mogelijk verstaanbaar kunnen maken. Dit is echter een nieuwe aangelegen heid, hoewel wij ons daarmee al twee jaar bezighouden, en het blijft een moeilijke aangelegenheid; ik weet zeker dat de laatste en beste methodiek nog niet is gevonden. De moeilijkste punten voor de gemeente zijn de vraag wie als representatief voor een wijk kan worden beschouwd en voorts het op verstaanbare wijze overbrengen van moeilijk te begrijpen ontwikkelingen die zich buiten onze wil afspelen. Probeert u maar eens aan inspraak te doen, tienmaal in een maand naar Den Haag en Den Bosch te gaan -- hier draagt men ook een eigen verant woordelijkheid -- en hetgeen men daar hoort verstaanbaar binnen het kader van de inspraak naar de bevolking over te brengen. Wat Tuinzigt betreft bestaan naar mijn inzicht geen proble men. Als zich vandaag een aantal mensen aandient dat morgen een volksvergadering wil houden waarbij verschillende mensen van openbare werken dienen te verschijnen, is het niet tegen de goede gewoonte en niet in strijd met de inspraak om te zeggen dat dit tot de onmogelijkheden behoort. U kent de bereidheid van deze zijde van de tafel. Wij zijn bereid overal heen te gaan om iedere aangelegenheid op een redelijke wijze te bespreken, mits dat ge ruime tijd van te voren bekend wordt gemaakt en het onderwerp dat aan de orde is aan ons duidelijk wordt gemaakt. Dit was de situatie met betrekking tot Tuinzigt, waar geen sprake was van een communicatiestoornis. Men wist dat er niemand kon komen, omdat men daarnaar eerst een dag te voren had gevraagd. Ik heb hier door tevens een antwoord gegeven op de informatieve vraag van de heer Spanjer. Mevrouw van Nes heeft -- wellicht geheel per ongeluk -- één fase in het overleg vergeten. Zij heeft gezegd dat twee hearings en voorts schriftelijke informatie onvoldoende blijken te zijn. Dit is natuurlijk het geval en daarom hebben wij u al twee jaar gele den medegedeeld dat behalve het schriftelijk informeren van alle bewoners, het houden van tenminste twee hearings, het etaleren van de modelwoning u leest dit in het preadvies -- zodat men kan zien wat er gebeurt, een team van de gemeente, bestaande uit een ambtenaar van het woningbedrijf, van openbare werken en van de sociale dienst ieder gezin aan huis bezoekt. Dit laatste moet óók worden vermeld. Als dit nog niet voldoende is, wil ik nog wijzen op de samenspraak met mijn collega de Raaff en zijn disciplines om te komen tot een optimale begeleiding. Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het voorstel besloten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 941