942 22 OKTOBER 1973 25. bijlage nr. 303 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BESCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET VOOR DE AANLEG VAN RIOLERING EN BESTRATING IN EEN ZIJWEG AAN DE VERDILAAN. 26. bijlage nr. 304 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BESCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET VOOR DE AANLEG VAN STRAATVERLICHTING IN DE NIEUWE HEILAARSTRAAT. 27. bijlage nr. 305 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BESCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET VOOR DE AANLEG VAN EEN RECREATIESTROOK LANGS DE TERHEIJDENSEWEG. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt conform de voorstellen besloten. 28. bijlage nr. 306 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET RICHTEN VAN EEN VERZOEK AAN DE MINISTER VAN BIN NENLANDSE ZAKEN INZAKE ONTEIGENING EX ARTIKEL 72A VAN DE ONTEIGENINGSWET VAN GRONDEN BENODIGD VOOR DE RECONSTRUCTIE VAN DE HEILAARSTRAAT. De heer BROOIMANS: De poging om te komen tot verbetering en verbreding van de Heilaarstraat gaat enigszins lijken op een slij tageslag, aangezien reeds in 1966 door deze raad werd besloten tot reconstructie. Het hoofdmotief hierbij was de op handen zijnde ves tiging van de R B„ T.-veiling, waardoor het verkeer aanzienlijk zou toenemen. Ofschoon de veiling daar nu al viereneenhalf jaar is gevestigd, zijn wij thans -- oktober 1973 -- geen stap verder. Als verbindingsweg tussen Prinsenbeek en het centrum van onze stad is de Heilaarstraat van grote betekenis. Het is onnodig te zeggen dat ik met uw voorstel een beroep te doen op artikel 72 a van de Onteigeningswet akkoord kan gaan, maar ik wil nog even ingaan op een passage in het preadvies. Op bladzijde 3, tweede regel, stelt u: "Naar het zich laat aanzien zal met een aantal eigenaren inzake de aankoop van gedeelten van deze percelen geen minne lijke overeenstemming worden verkregen. Een en ander is mij niet geheel duidelijk. De betrokken bewoners van de Heilaarstraat hebben namelijk nadat ter plaatse een schatting door enkele des kundigen had plaatsgehad een schrijven van de gemeente ontvangen. Hierin troffen zij echter geen specificatie aan, terwijl het toch logisch zou zijn geweest als deze was bijgesloten, omdat de prijs per m2 verschillend is aangezien tuinbouwgrond, erf, tuin en wei land verschillende gebruikswaarden hebben. Het is mij ook gebleken dat de betrokkenen het gemeentelijk schrijven hebben beschouwd als een kennisgeving. Men meende dat er nader overleg zou volgen en tot nu toe is dit uitgebleven. Gaat uw college nog contacten leggen teneinde alsnog te komen tot een minnelijke regeling? Hoeveel tijd gaat deze procedure vergen voordat met de recon structie kan worden begonnen?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 942