1040 28 NOVEMBER 1974 den voorspellingen voor de toekomst deden, schijnt dit ons zo vertrouw de levenspatroon niet meer in deze tijd te passen. Toch is de C. D. A. - -fractie van mening dat onze stad nog steeds gediend is met het voort bouwen op en aan de vele goede dingen die in het verleden tot stand zijn gebracht en met het toepassen van vernieuwingen waar dat nodig is en in een zodanig tempo dat geen ontwrichtingen plaatsvinden. Con flicten moet men niet uit de weg gaan, maar men dient ze evenmin onnodig op te roepen: harmonisatie tegen heilloze polarisatie. Openbaar heid van bestuur dient niet tegenover beslotenheid van bestuur te staan, maar er moet openbaarheid zijn terwille van het bestuur en niet terwil le van de openbaarheid. De opstelling in twee blokken die zich de af gelopen maanden heeft voorgedaan zal naar wij hopen een tijdelijk ver schijnsel zijn, zodat wij straks kunnen zeggen: soms is het tijdelijk uit eengaan een omweg om beter te weten wat men aan elkaar heeft. Ons beleidsprogram is afgestemd op specifieke Bredase gemeente lijke bestuurs- en beleidsaspecten en beperkt zich daar ook toe. Dat is onzes inziens de taak van de gemeenteraad. Wij hebben daarbij de welzijnsbevordering voor iedere Bredanaar centraal gesteld. Onze maat schappij is opgebouwd uit een aantal gedifferentieerde gemeenschappen, ieder met haar specifieke wensen en verlangens, die tezamen het leef milieu vormen dat wij iedere dag ervaren. Deze gemeenschappen heb ben elkaar nodig, zij vullen elkaar aan en houden elkaar in stand. Men zou een vergelijking kunnen maken met een landschap waar iedere plantsoort een eigen functie heeft- als de ene soort de andere niet over woekert ontstaat er een fraai landschap. Het is in zo'n landschap moei lijk aan te geven welke plantsoort men kan verwijderen zonder het fraaie geheel te beschadigen. Wanneer men door geven en nemen het landschap in stand wil houden, vereist dit inzicht, wijsheid en kennis. Zo is het ook met de mens. Mensen hebben elkaar nodig, zij vul len elkaar aan en houden elkaar in stand. Soms moet men de één enigs zins temperen om de ander meer ruimte en ontplooiingskansen te geven, een niet geringe taak, die het echter voor de bestuurder de moeite waard maakt alle krachten in te zetten om het welzijn en welbehagen van de burgers te vergroten. Frans Andriessen zei in zijn algemene beschou wingen in de Tweede Kamer: "Het gaat om een beetje geluk. Na deze lyrische ontboezeming terug naar de realiteit! Het is moei lijk een keus te doen uit de veelheid van onderwerpen en problemen die ons het komend jaar zullen bezighouden. Bij de hoofdstuksgewijze behandeling zal er gelegenheid zijn om de verschillende zich op onder delen aandienende problemen te behandelen. Twee belangrijke onder werpen willen wij er op voorhand uitlichten, namelijk de binnenstad en de Haagse Beemden, gigantische projecten waarmee de raad in de komende periode meer dan ooit zal worden geconfronteerd en die in hoge mate de leefbaarheid in Breda zullen beïhvloeden en zelfs bepa len. Onze fractie zal zich hiermee intensief bezighouden en het colle ge in dit ondernemen graag stimuleren en steunen. Werkgroepen uit onze partij en fractie, gesteund door gei'nteresseerde burgers, zullen zich met alle facetten van dit gebeuren intensief bezighouden. Bij voorbaat is al geconstateerd dat deze twee projecten de draag kracht van Breda verre overschrijden. Rijks- en provinciale steun zal dan ook ruimschoots moeten worden verleend, zowel in procedure als in geld. De vertragingen die in de procedures zijn opgetreden hebben al zichtbare gevolgen gehad. De migratiecijfers van de sociografische dienst liegen er niet om; de veel te sterke groei van de randgemeenten en de sterke groei van middelgrote gemeenten als Oosterhout en Etten-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 1040