1076 28 NOVEMBER 1974 gezegd wij missen een beleidsvisie en een beleidsplan. De vraag die nog niet is beantwoord luidt- waar wil men nu eigen lijk in Breda naartoe? Wij krijgen de indruk dat men ondanks de nieuwe budgetteringsaanpak nog te veel voortbouwt op de in het verleden ge dane uitgaven en deze te weinig ter discussie stelt. Aangezien wij nog maar kort in deze raad zitting hebben, is het thans voor ons ondoenlijk aan te geven waar besnoeiing en waar uitbreiding van de huidige acti viteiten wenselijk is. Zoals door de heer Crul is aangekondigd, zijn wij van plan sectorsgewijs tot een zekere doorlichting van de uitgaven te komen en daarna daar onze benadering tegenover te stellen. Wij menen dat het huidige college eveneens zo concreet mogelijk dient te formuleren welk beleid nu wordt gevoerd en hoe dit beleid in de be groting tot uitdrukking komt. Pas ddn kan er een wezenlijke discussie worden gevoerd over de vraag op welk beleid afgestevend kan en moet worden. Thans kan die discussie eigenlijk alleen goed gevoerd worden over de besteding van de ruimte van 2 Door de federatie van fracties van P.v. d.A. en P. P. R. is daartoe een alternatief uitgewerkt. Uit gangspunt bij de opstelling van de daarin vervatte voorstellen was het streven naar solidariteit in Breda zelf en naar solidariteit met de arme landen. Bij de bespreking van de voorstellen tot besteding van de ruimte van 2 beperken wij ons tot de volgende thema's: - democratisering en bevordering openheid van het bestuur; - bewoonbaar maken van de binnenstad; - bewustmaking van de nood in de arme landen. Allereerst iets over de democratisering en de bevordering van de openheid van het bestuur. De geringe opkomst bij de gemeenteraads verkiezingen van 29 mei j. 1.vooral in de wijken waar het woonkli maat minder goed is, bewijst dat er een kloof is tussen burger en be stuur. Er is naar onze mening iets fundamenteel fout met de democra tie in Breda. Waarom spreekt het Breda's bestuurlijk gebeuren onvol doende aan? Waarom bereiken ons veel klachten van groepen en indi viduele burgers dat hun opmerkingen, vragen, suggesties en problemen niet serieus worden genomen? Op dit ogenblik hebben wij bijvoorbeeld te maken met de veran dering van het huurreglement waardoor bewoners voor een groter aan tal onderhouds- en reparatieposten zullen moeten opdraaien. Deze verandering is zonder overleg met de bewoners tot stand gebracht. In het voorjaar zijn hearings over de binnenstadsplannen gehouden, die voor velen op een teleurstelling zijn uitgelopen. Uit gesprekken met bewoners van oudere wijken zoals de Gerardus Majella-wijk en het Westeinde is ons gebleken dat de contacten met de desbetreffende diensten zeer moeilijk verliepen, in het bijzonder door een te geringe ontvankelijkheid voor de gerechtvaardigde verlangens en wensen en door te geringe openheid over de plannen die de gemeente in petto heeft. Met het oog daarop willen wij het renovatieproces verbeteren door een beter contact tussen bewoners en de gemeentelijke diensten en het bestuur. Daartoe hebben wij op ons voorstel voor de besteding van de 2 ^o-ruimte enkele posten opgevoerd. Behalve extra geld voor de intensievere sociale begeleiding in re- novatiewijken, is er ook extra geld uitgetrokken voor begeleiding van de in deze wijken opererende ambtenaren en diensten. Die begeleiding is nodig om hen beter in overeenstemming met de wensen van de be woners te laten handelen. Ook lijkt ons een extra uitgave ten behoeve van wijkopbouworganen noodzakelijk, omdat hiervan belangrijke impul sen uitgaan tot het tot elkaar brengen van bewoners van dezelfde buurt

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 1076