28 NOVEMBER 1974 1085 bestuur daaraan een duidelijke bijdrage levert. Alle sprekers hebben uitvoerig aandacht besteed aan het beleid van dit college. Ik zal u niet met de geschiedenis vermoeien: tijdens de vorige begrotingsbehandeling zijn ae problemen die aan een inte graal beleidsplan verbonden zijn vele malen uiteengezet. Toch wil ik eraan herinneren dat bij de vorige begrotingsbehandeling enkele uit gangspunten zijn geformuleerd, waarmee de raad zich wel kon vere nigen. Nu dit college zesentachtig dagen functioneert, vraagt men om een liefst integrale beleidsnota. Uiteraard moet het beleid niet van de ene dag op de andere veranderen, maar wij hebben gepoogd iets te doen. Het college is hierover herhaaldelijk in beraad geweest en zal dat ook in de komende dagen blijven. Ik kan toezeggen dat wij een schema zullen voorleggen van hetgeen wij in dit opzicht zullen kunnen doen en dat wij daarbij de commissie voor algemene zaken en andere commissies zullen inschakelen. Aangezien het gehele college hierbij betrokken is, dient dit onderwerp mijns inziens in alle commissies van advies en bijstand aan de orde te komen. Er bestaat naar ik meen geen twijfel over dat het college over diverse taken deelnota's kan uitbren gen, naar wij hopen gesteund en onderbouwd door een algemeen be leid. Ik wil mijn algemene beschouwingen afsluiten met enkele kant tekeningen bij het amendement dat de heer Crul heeft ingediend en waarover ik op dit ogenblik -- ik geloof ook niet dat dat de bedoeling is -- nog niet volledig kan zijn. Zojuist heb ik al aangekondigd dat wij bij de deelbegrotingen waarschijnlijk nog wel op het amendement zul len terugkomen. Het lijkt ons onjuist 25. 000, -- van de post Voor lichting voor een andere activiteit te bestemmen. Wellicht heeft men kunnen constateren dat juist voor dit bedrag van 25. 000, -- in de begroting van de voorlichting een bestemming moet worden gezocht en ik kan mij voorstellen dat juist in die richting wordt gepoogd een bestemming te vinden. Het is mij voorts onduidelijk wat er met een post van 50. 000, -- voor decentralisatie van het bestuur moet wor den gedaan. Zoals uit mijn hiervoor gemaakte opmerkingen over het beleidsplan zal zijn gebleken, heeft het college er geen behoefte aan voor dit doel 50. 000, -- te bestemmen. Gelet op de deskundig heid die in ons eigen ambtelijk apparaat aanwezig is is het uittrekken van 50. 000, -- zeker op dit ogenblik niet verantwoord. Er wordt in het amendement voorgesteld gela uit te trekken voor de presentatie van de ontwikkelingshulp in de stad teneinde de bevolking te laten meeleven met de ernstige problemen die -- zoals de heer Houben te recht heeft opgemerkt -- aan de orde zijn. Vooral omdat de heer Hou ben zelf heeft gezegd dat er op het ogenblik geen nadere concrete voorstellen zijn, meent het college dat het wat onwerkelijk zou zijn voor dit doel een bedrag uit te trekken. In concrete gevallen is het niet uitgesloten dat bepaalde activiteiten mogelijk zijn, zoals reeds in de praktijk is gebleken. Het uittrekken van een post van 120.000, op de begroting dient mijns inziens evenwel sterk te worden ontraden. Wethouder BROEDERS: Ik zal proberen binnen de mij toegemeten tijd op de gemaakte opmerkingen in te gaan, wat ik min of meer in sneltreinvaart zal doen. Ten aanzien van de capaciteitsberekening zijn twee opmerkingen gemaakt die min of meer tegenover elkaar staan. De heer Houben be toogt dat de inkomsten vrij goed te berekenen zijn, terwijl de heer Geene constateert dat er bij vergelijking met het rapport budgettaire

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 1085