1217
29 NOVEMBER 1974
in Princenhage zelf de ontwikkeling voor dat eigenaren van gronden in
de kern voor terreinen waarop het bestemmingsplan moet worden ont
wikkeld prijzen van 1.000,-- per m2 vragen, waardoor voor ons
eveneens een groot probleem wordt geschapen.
Een andere opmerking van de heer Beckers had betrekking op de
Hoge Vucht Gisteren heb ik niet over de problematiek van de Hoge
Vucht gesproken, maar over de enigszins te optimistische visie -- naar
ik meen ook van de heer Dees op de activiteiten van de voorberei
dingsgroep. Zeer tot mijn spijt is, zoals ik gisteren al heb medegedeeld,
de voorbereidingsgroep gestrand op een conflict tussen de ambtelijke
vertegenwoordiging en de vertegenwoordiging van de wijk zelf. Ik be
treur dit, omdat ik had verwacht dat de voorbereiding eerder voltooid
was geweest. Nu heeft de heer Beckers gevraagd onder wiens verant
woordelijkheid de gang van zaken valt. Ik neem aan dat hij heeft be
doeld te vragen of het college zijn verantwoordelijkheid heeft gebruikt..
De heer BECKERS:Ik had éérst gevraagd wat de aard van het
conflict is en vervolgens had ik gevraagd of de ambtenaren hebben ge
handeld en gesproken onder verantwoordelijkheid van het college.
Wethouder VAN DUN: Over de aard van het conflict kan ik niets
mededelen; mij is ook niet bekend waar op het ogenblik het zwaarte
punt van het conflict ligt. Ik heb mondelinge mededelingen over stag
natie van de werkzaamheden ontvangen, waaruit ik heb opgemaakt
dat men er niet in is geslaagd twee rapporten met elkaar te verzoenen,
hoewel ik aanvankelijk persoonlijk aannam dat zij geen fundamenteel
verschillende uitgangspunten hadden. De ambtenaren die namens het
college of op eigen gezag in de groep zitten heb ik duidelijk te ver
staan gegeven dat ik niet wens dat welk lid van het college ook maar
-- mijzelf als coördinator inbegrepen -- de ambtenaren bij het kiezen
van uitgangspunten onder druk zet. Ik ben van mening dat ook de amb
telijke werkgroep bij haar taak om het college te adviseren vrijheid
van handelen moet hebben. Het enige wat er is gebeurd is dat men mij
naar mijn persoonlijke mening heeft gevraagd, waarmee men al dan
niet rekening mag houden. In de eerste plaats heeft men mij gevraagd
of deze dan wel een andere wethouder bereid zou zijn het voorzitter
schap van de projectgroep op zich te nemen; op grond van persoonlijke
motieven heb ik te kennen gegeven daar niets voor te voelen en heb ik
gezegd dat ik mij kon voorstellen dat ook de andere wethouders daar
niets voor zouden voelen. Reeds in 1966 heb ik in deze raad het stand
punt beleden dat de projectgroep vrijheid van handelen behoort te heb
ben en niet door het voorzitterschap van een wethouder al op voorhand
tot frustraties moet komen. De tweede vraag betrof de participatie van
ambtenaren in de projectgroep. Persoonlijk ben ik wel een voorstander
van ambtelijke bijstand maar niet van participatie van ambtenaren in
de projectgroep. In de derde plaats is mij gevraagd wat naar mijn me
ning de positie van de werkgroep moet zijn: of het een soort commis
sie ex artikel 61 met een eigen budget en eigen beslissingsbevoegdheid
moest worden of dat het een college van advies aan de raad dan wel
aan het college diende te zijn. Ik heb als mijn persoonlijke mening ge
geven dat ik voor de laatste mogelijkheid kies. In de tussenrapportage
uit de wijk zelf heb ik overigens gezien dat men daar geen bezwaar
tegen heeft.
Gisteren heb ik voor de Haagse Beemden een inwonersaantal van
40. 000 genoemd, naar aanleiding waarvan de heer Beckers heeft ge-