1234 29 NOVEMBER 1974 het niet op de. agenda kon worden geplaatst; dit laatste is toegezegd.Toen ik later op grond van de nadere uitleg het stuk thuis bestudeerde,bleek dat ons programma zeer onvolledig is geciteerd. Daarover heeft delheer Crul gisteren vragen gesteld, die nog steeds niet zijn beantwoord. De heer LAMBREGTS; Sommige punten die reeds zijn behandeld wil ik noemen zonder er dieper op in te gaan, omdat ik aanneem dat de wethouder er straks aandacht aan zal schenken. In de eerste plaats noem ik de recreatienota, vooral in het licht van de regio, omdat men mij heeft verteld dat deze affaire eventueel meer zal worden "doorgespeeld" naar de regio. Ook de C.D. A. -fractie is voorts zeer geftiteresseerd in het verdere beleid ten aanzien van de peuterspeelzalen» Vervolgens vraag ik mij af of het mogelijk is te proberen tot een tarievenbeleid te komen dat eventueel jaarlijks kan worden bijgesteld zodat er zo weinig moge lijk sffiftóktarieven voorkomen. Over het Joan Haanappel-project zijn reeds verscheidene vragen gesteld. Ik heb het antwoord aan de heer Beckers gelezen, maar mijn vraag heeft meer betrekking op een ander aspect; heeft het college al gedachten over de infrastructurele maatregelen in dezen, namelijk de aanleg van wegen en parkeervoorzieningen? Een ander onderwerp dat reeds aan de orde is geweest maar waar over ik nog niets concreets heb vernomen, is het fietspadenplan met be trekking tot recreatie, volksgezondheid en veiligheid.' Ik heb vaneen oud-commissielid vernomen dat wethouder Van Dun in de commissie in augustus heeft toegezegd dat hij op dit gebied een studie ter hand zou nemen. Thans wil ik iets zeggen over het jeugd- en jongerencentrum.In de korte tijd dat ik in de raad zit is mij wel gebleken dat deze Stich ting goede activiteiten verricht» De informatie die men hierover van de zijde van het jeugd- en jongerencentrum geeft laat aan duidelijkheid niets te wensen over. Toch schrok ik even toen ik dit onderdeel van de begroting onder ogen kreeg, niet alleen van de hoogte van het bedrag maar vooral ook van de onderverdeling van het totale bedrag. Op een totaal van ongeveer 700. 000, -- is slechts 22% voor directe activi teiten opgevoerd. Hoewel het mij bekend is dat hier diverse kostenfac toren in het spel zijn, zou ik willen vragen of dit percentage bij het be drag van 700. 000, -- niet erg schril afsteekt. Een brief van het protestants jeugd- en jongerenwerk Breda kon- digt het uittreden van deze groep aan het jeugd- en jongerencentrum aan. De motivering wordt in een viertal punten gegeven. Persoonlijk kan ik nog niet beoordelen in hoeverre deze punten juist zijn, maar wij achten het juist dat onder andere naar aanleiding hiervan in enigerlei vorm een onderzoek wordt ingesteld. Het is ons allen bekend dat de laatste jaren de binnenstad steeds meer ontvolkt. Men trekt gemakkelijk naar randgemeenten en buiten wijken. In de buitenwijken wordt gelukkig steeds meer aandacht aan de mens en het gezin besteed, in welk verband men denkt aan groenvoor zieningen, speeltuinen, sportvelden, gemeenschapshuizen enz. Dit is prachtig en daar moeten wij in de toekomst nog veel meer aan denken. Heeft men echter wel eens in de huidige binnenstad rondgekeken, met de aandacht toegespitst op de kinderen die in de binnenstad verblijven? Er zijn in de binnenstad nog altijd enkele honderden kinderen. Wat heb ben zij op het gebied van de gewone recreatie? Waar kunnen zij in hun vrije tijd spelen? Op dit probleem zou ik met klem willen wijzen» Na tuurlijk zal het college zeggen dat het in de toekomst uiteraard ook aan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 1234