29 NOVEMBER 1974
1240
ken. Op dit ogenblik zou ik daar niets over willen zeggen aangezien het
standpunt van het college in dezen bekend is. Gevraagd is in welke ma
te de stimuleringsmaatregelen kunnen worden gehanteerd. Over de con
crete werking van deze maatregelen is nog zeer weinig bekend, maar ik
hoop dat zij een positieve bijdrage tot het investeren zullen leveren want
dat is dringend nodig. Op dit ogenblik hebben wij hier nog niet veelzicht
op.
Ter correctie wil ik er op wijzen dat niet de heer De Wildt een
brief heeft geschreven, maar de heer Van Beurden als secretaris van de
regionale raad voor de arbeidsmarkt, één van de andere organen die zich
op dit gebied bewegen. Er is inderdaad ongeveer een pagina vol met com
missies die zich in Brabant met de werkgelegenheidsbevordering bezig
houden.
De individuele beroepsvoorlichting is bij de arbeidsbureaus-nieuwe-
stijl in het pakket opgenomen en wij moeten afwachten in hoeverre hier
mee in een behoefte wordt voorzien.
De heer Lambregts heeft over de geringe recreatieve mogelijkhe
den voor de kinderen gesproken, een opmerking die wij naar ik meen
kunnen onderschrijven. Hoewel ik in concreto niet veel mogelijkheden
zie, meen ik dat wij, wanneer wij de woonfunctie versterken, tegelij
kertijd moeten overwegen op welke wijze iets aan de recreatie zou kun
nen worden gedaan. Hiermee beweeg ik mij overigens op een terrein dat
niet het mijne is.
Wethouder VAN DUN; In antwoord op de opmerking van de heer
Lambregts over de infrastructurele voorzieningen in verband met de even
tuele vestiging van het park van Joan Haanappel kan ik mededelen dat
deze voorzieningen naar de mening van het college ten laste van de ex
ploitatie van het park en niet ten laste van de gemeente moeten komen,
In de tweede plaats wil ik een aanvulling geven op de reactie van
de heer Van Graafeiland op de opmerking van de heer Beckers over het
bedrag van 100, 000, -- voor de Galderse Meren, Als lid van de be
stuurscommissie beschik ik in dezen over enige informatie. Op de eer
ste plaats is het bedrag van 100, 000, -- vastgesteld op basis van de
prijzen van 1972, Op de tweede plaats is de exploitatie van het geheel
er niet in verwerkt. Op de derde plaats worden de Galderse Meren hier
door naar mijn mening niet veiliger, aangezien dit bedrag betrekking
had op het voor zwemmen gereed maken van het zuidelijk gedeelte van
de eerste plas terwijl het noordelijk gedeelte het gevaarlijkst is.
De VOORZITTER: De heer Beckers heeft mij een directe vraagge-
steld over de intergemeentelijke organisatie "De Baronie van Breda",
namelijk of er in dezen geen taak in het geding is die na verloop van tijd
door het gewest zou moeten worden vervuld. Ik meen dat deze regeling
behoort tot drieënveertig gemeenschappelijke regelingen die in de re
gio Breda van kracht zijn. Het is bijna vanzelfsprekend dat deze rege
lingen na verloop van tijd bij het gewest worden ingebracht. Bij die sa
nering zullen de gemeenschappelijke regelingen zeker moeten worden
bekeken. Op het eerste gezicht meen ik dat in het kader van de studies
die worden ondernomen de bedoelde gemeenschappelijke regeling hier
voor zeker in aanmerking komt. Er is nog geen contact met de organi
satie zelf geweest, maar het is ongetwijfeld de moeite waard deze kwes
tie daar aan de orde te stellen. Een vorige maal is opgemerkt dat er in
dezen enig verband met de toetreding van Oosterhout zou kunnen zijn.
Wellicht doet zich hier een kans voor om deze te bereiken, vooral om-