1296
12 DECEMBER 1974
schort.
Het onderzoek, waarover de heer Van Male indertijd heeft gespro
ken en waarop nu weer door de heer Van Male is ingegaan, is uiteraard
een kwestie die in de commissie Algemene Zaken aan de orde moet
komen en graag zeg ik u toe dat dat ook zal gebeuren. Dit zal dan
gepaard gaan met een notitie waarin aan de problemen op het gebied
van ruimtelijke en administratieve hulp aandacht zal worden besteel.
Het lag al in de bedoeling dat gehele vraagstuk te bekijken, wat u
wat mij betreft met de term "onderzoek" mag betitelen, maar het lijkt
mij voldoende dat er een behandeling in de commissie aan de hand
van een notitie plaatsvindt.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het voor
stel van burgemeester en wethouders besloten.
24. bijlage nr. 411
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT INSTEL
LING VAN EEN"AMORTISATIERESERVE TE HOGE BOEKWAARDEN
ENERGIE- EN WATERBEDRIJF.
De VOORZITTER: Van dit voorstel hebt u een verbeterd exem
plaar op uw tafels gevonden.
De heer BRUMMELKAMP: Bij dit voorstel is sprake van een tekort
van 6 miljoea dat over tien jaar zal worden uitgesmeerd. De dek
king is duidelijk onvoldoende en het college geeft zelf dan ook al
aan dat het niet ziet hoe dit tekort bij de Enwa-exploitatie moet wor
den gedekt, zonder dat de bijdrage aan de algemene middelen in ge
vaar komt. Er wordt voorgesteld een reserve van 1 miljoen te ge
bruiken als het exploitatieresultaat van het Enwa de schatting in de
begroting niet haalt, maar ons inziens is dat een schijnargument om
min of meer te verduisteren dat het tekort, dat door amortisatie ont
staat, niet aanwezig is. De amortisatiereserve zal na twee jaar een
leeggeknepen citroen blijken te zijn. Graag zullen wij van het colle
ge vernemen hoe men het tekort werkelijk dient te dekken, met na
me voor de jaren na 1977.
Wethouder SANDBERG: Ik begin zo langzamerhand te betreuren
dat de heer Brummelkamp niet in de commissie bedrijven zit, want
hij heeft wel de klok horen luiden, maar weet duidelijk niet waar de
klepel hangt. Het begint helemaal erg te worden nu hij zegt dat wij
met schijnargumenten werken om de zaken te verduisteren. Als de
heer Brummelkamp erg veel belangstelling voor deze onderwerpen
heeft, moet hij op de publieke tribune van de commissie gaan zitten,
want dan zal hij in ieder geval constateren dat wij niet met schijnar
gumenten werken en dat wij geen enkele zaak proberen te verduiste
ren.
De heer Brummelkamp heeft vervolgens over een tekort van
6 miljoen gesproken, maar hij heeft dan duidelijk een andere op
vatting dan ik. Het gaat hierbij om de winstuitkering na 1977. De
heer Brummelkamp meent dat daarbij een vraagteken moet worden ge
plaatst, hetgeen het college in het stuk eveneens heel duidelijk doet,
maar dit voorstel is met name bedoeld om de winstuitkeringen door
het bedrijf aan de Algemene Dienst voor de toekomst veilig te stellen.
Op korte termijn ligt het natuurlijk anders en ook bij ons bestaat daar-