1298 12 DECEMBER 1974 wij daarna zullen bekijken hoe de winstontwikkeling van het Enwabe- drijf is. Als zij beter dan op dit moment is, zijn wij in ieder geval in staat om er de komende jaren wellicht grotere bedragen tegenaan te gooien. Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het voor stel van burgemeester en wethouders besloten. 25, bijlage nr. 412 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BE SCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET T. B. V. DE HERCCÖRDI- NATIE VAN DE VERKEERSLICHTENINSTALLATIES CP DE NOOR DELIJKE RONDWEG EN HET TREFFEN VAN VOORZIENINGEN OP DE KRUISINGEN VAN DIE WEG. De heer DREEF: Namens de federatie van de fracties van de Partij van de Arbeid en de P. P.R. wil ik naar aanleiding van dit voorstel het volgende opmerken. Het voorstel behelst een te hoge investering, welke alleen aan de automobilist, maar niet aan de voetganger en de fietser ten goede komt. De Noordelijke Rondweg blijft een barrière, die er vooral de ouders van zal weerhouden hun kinderen naar de speeltuinen in de stad te sturen of naar bepaalde scholen te zenden; er is met name een psychologisch onveiligheidsgevoel aanwezig. Hierbij komt nog dat op 1 september aanstaande de nieuwe G. T. S. aan de Biesdonkweg zal worden geopend. Er is de laatste tijd op deze Rondweg veel meer door gaand verkeer, namelijk vrachtverkeer naar de Krogten, bietenvervoer en woon- en werkverkeer. Tevens menen wij dat de weg als alternatief voor de Zuidelijke Rondweg wordt gebruikt. Naar onze mening kan het in het voorstel gestelde een onrendabele investering zijn en wij menen dan ook dat er eerst een nader onderzoek zal moeten worden gepleegd. Ons inziens kan het een goede oplossing zijn om onder andere bij de Biesdonkweg een fiets- en voetgangerstunnel aan te leggen. Vervolgens is deze kwestie van groot belang voor het leefklimaat van de Hoge Vucht, namelijk voor zowel de voetgangers, het rijdend verkeer als het wonen, zodat zij ook in het projectteam van de Hoge Vucht aan de orde moet worden gesteld. Ik wil er dan ook bij het college op aandringen het voorstel op grond van de door mij geschetste overwegingen terug te nemen. De heer VAN DUIJL: Helaas moet ik stellen dat de zojuist gemaak te opmerkingen eveneens in de commissie aan de orde zijn geweest. Ik meen dat in de commissie heel duidelijk de toezegging is gedaan dat er ten aanzien van deze opmerkingen een studie zal worden gemaakt, zodat het mij verbaast dat door de heer Dreef is verzocht dit voorstel terug te nemen. Ook is in de commissie heel duidelijk naar voren ge bracht welke alternatieven er eventueel aanwezig zouden zijn; mijns inziens is daarop, ook van de zijde van de stedebouwkundigen, zeer uitvoerig ingegaan. In de commissie heb ik al gezegd -- daarom wil ik het hier ook even herhalen -- dat het mij verheugt dat deze voorzieningen worden aangebracht en wel omdat daardoor een betere afstemming van de verkeersdoorstroming op de weg zal plaatsvinden en omdat er op be paalde punten een noodzakelijke snelheidsvermindering zal plaatsvin den. Men heeft de neiging op deze weg, met name omdat hij vierbaans is, met een grote snelheid te rijden, zodat het gewenst is die snelheid

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 1298