141 14 FEBRUARI 1974 Er is vanavond ook uitgebreid over alternatieven gesproken en ik wil nu een beroep op de raad doen om bij het beoordelen van deze al ternatieven twee punten uit mijn verhaal te betrekken, In de eerste plaats gaat het namelijk niet om alternatieven op langere termijn, om dat wij naar de mening van het college gisteren eigenlijk al met het ontwikkelen van een nieuw gebied hadden moeten beginnen, In de twee de plaats gaat het niet om de vestiging of om het huisvesten van een handjevol mensen, maar om het ontwikkelen van een ordentelijk ge bied dat enerzijds op de behoefte die momenteel in de regio Breda be staat inspeelt en dat anderzijds van een zodanige omvang is dat er tot een juiste afronding kan worden gekomen. Er zijn vijf alternatieven genoemd, namelijk de militaire terrei nen, de binnenstad en de wijken Heilaar, Dorst en Bavel, Ik ben met deze vijf punten vrij spoedig klaar als ik daarop het eerste punt uit mijn programma van eisen van toepassing verklaar. Het moet namelijk snel gebeuren, omdat het anders niet meer hoeft. Als wij niet vandaag of morgen kunnen beginnen zijn de ontwikkelingen die in afwijking van het bestemmingsplan hebben plaatsgevonden al geïnstitutionaliseerd en met de vijf genoemde alternatieven kan niet morgen worden begonnen. Over de militaire terreinen is voldoende gezegd. Ik ben het niet geheel met de heer Von Schmid eens dat de economische betekenis van de mi litairen in Breda moet worden miskend, al kan ik niet bevroeden hoe groot die militaire betekenis is. Deze militaire terreinen maken in de eerste plaats onderwerp van discussie in het kader van het gehele bin nenstadsplan uit en op voorhand mag u deze terreinen naar mijn mening geen functie geven zonder dat de inspraak is afgerond en wij een geza menlijke keuze ten aanzien van de binnenstad hebben gemaakt. Het is derhalve onjuist op dit moment te stellen dat de militaire terreinen voor woonbebouwing in aanmerking komen. Voorts zijn deze thans en ook in de nabije toekomst niet het eigendom van de gemeente, enerzijds om dat de onderhandelingen duidelijk niet in die richting wijzen en ander zijds omdat er voor de werving van de militaire terreinen nogal het een en ander nodig zal zijn. Bij het overleg met de militaire overheid is wel duidelijk tot uiting gekomen dat er bereidheid bestaat over de over gang van militaire terreinen naar de gemeente Breda te spreken, mits men inzicht heeft in de vraag waarvoor deze nodig zijn. Het antwoord wacht op het gereedkomen van de studie over de binnenstad. Voorts moe ten wij met een claim inzake vervangende ruimte in of nabij de gemeen te Breda rekening houden. Om die reden acht ik de militaire terreinen op dit moment en met deze optiek niet relevant. Over de binnenstad zijn vele woorden gesproken, maar ook die kan morgen niet worden gebruikt. Bovendien is zij te klein om het grote aan tal mensen te kunnen opvangen en voorts meen ik dat men wel mensen in de binnenstad huisvesting kan bieden, maar dan niet in een zodanige samenstelling en opbouw dat deze gedifferentieerd kunnen worden ge noemd en men van een leefbare situatie zou kunnen spreken. Naar mijn smaak zal de woonfunctie van de binnenstad van Breda meer op alleen staanden en andere categorieën die vanavond zijn genoemd moeten zijn gericht. Wij moeten ons van de andere wijken van Breda niet te veel voor stellen. U weet dat wij Princenhage West-I en West-II gaan ontwikke len. Op deze agenda vindt u al het eerste voorstel om in West-I tot woon bebouwing over te gaan, maar dit blijft beperkt tot een 700 woningen in West-I en een 300 S 350 woningen in West-II. Voorts is nog het plan- Leuvenaarstraat/Middellaan in ontwikkeling en ik kan u alvast medede len dat er intern flink wordt gestudeerd teneinde een verandering van dat plan aan u te etaleren, waarbij de woonfunctie meer dan in het verleden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 141