164 18 FEBRUARI 1974 die instellingen weer aan de orde komt, een voorwaarde te dien aanzien op te nemen. Ten aanzien van de sociale actie zou ik toch ook nog één ding wil len opmerken. Hoewel ik daar soms een tegenstander van ben meen ik dat het J. A.C.wanneer het een actie voert, dit met open vizier doet. Ik ben van mening dat elke groep het recht moet hebben zijn wensen en zijn bezwaren kenbaar te maken. De betreffende passage hoort naar mijn gevoel niet zo in het voorstel thuis en komt daarin bovendien niet op de juiste wijze naar voren. Ik hoop wel dat wij in de toekomst worden geïnformeerd over de gang van zaken en het liefst per kwartaal, want nu wordt er in de com missievergaderingen wel het een en ander over het J.A.C. besproken maar vernemen wij in feite weinig. Naar mijn mening zou het een goe de gewoonte kunnen worden wanneer wij eens per kwartaal summier zou den worden geïnformeerd over de gang van zaken en over hetgeen wij even tueel nog kunnen doen. Ik heb begrepen dat de wethouder de motie-Brooimans ondersteunt en dat het college haar overneemt, waar ik bijzonder blij om ben. De heer VAN DER WERFF: De wethouder heeft de samenwerking een kernpunt genoemd. Nu staat in het jaarverslag --ik kan het niet uit mijn hoofd citeren -- dat zelfs intern af en toe van liefde - haat-verhoudingen sprake is; datzelfde geldt dan ook waarschijnlijk ten aanzien van al die maatschappelijke instellingen. Men moet zich goed realiseren dat het voor een deel om dezelfde mensen gaat, vandaar dat het J.A.C. blijkens het jaarverslag duidelijk maakt dat het, aangehangen aan de Jongeren- raad, op den duur wellicht beter thuis zou behoren in de sector van het maatschappelijk werk. Ik ben door de wethouder beslist niet overtuigd dat dit voor de toekomst inderdaad de beste oplossing is en dat wil ik hier toch nog eens naar voren brengen. Ten aanzien van de selectie is het de vraag, of deze selectie open is in de zin dat iedereen daar eigenlijk in past. Of is het eigenlijk zo dat uitsluitend volledig gelijkgestemden in een soort sub-cultuur zich in deze sfeer thuis voelen en dan ook aanvaard worden? Dit is namelijk een gevaar dat wel vaker in dit soort situaties dreigt. Zeker gezien het experimenteel karakter gaan wij in dezen akkoord met voorwaarden van de zijde van het college en de raad. Wij gaan ook volledig akkoord met de zinsnede die het college zoeven bij monde van de wethouder heeft uitgelegd over de eigen verantwoordelijkheid van bur gemeester en wethouders en de raad ten aanzien van eventuele spoor-B - activiteiten. Tenslotte geloof ik dat er in de toekomst toch een objectieve eva luatie zal moeten plaatsvinden, waarbij ik helemaal niets ten nadele van de ambtelijke groep wil zeggen. Wat dat betreft moet men mij voor al niet verkeerd begrijpen, maar men had alleen de beschikking over de gegevens die door het J.A.C. zelf waren verstrekt, althans in grote trek ken. Er zal dus een objectieve evaluatie nodig zijn en daarna, juist om dat wij nog in een experimentele fase verkeren, zullen een herbeziening en een herbezinning nodig zijn. De heer NIHOT; De wethouder heeft gezegd dat, als er van rijks wege subsidie wordt gegeven, pas het ogenblik is aangebroken om te bezien of een tweede beroepskracht kan worden aangetrokken. Laten wij nu eens aannemen dat die subsidie niet wordt gegeven, dan blijf ik zit ten met mijn overtuiging dat het J. A. C. niet volledig kan volbrengen wat het zich tot taak heeft gesteld. Hoewel er voor het jaar 1974 in de begroting geen ruimte meer is blijf ik bij de vraag, of voor de jaren 1975

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 164